'Het referendum komt terug na de volgende verkiezingen'
- Nieuws
- 'Het referendum komt terug na de volgende verkiezingen'
Inspraak binnen een democratie is van groot belang, vindt Niesco Dubbelboer. "De essentie van democratie is dat als jouw belangen getroffen worden, dat je het recht hebt daar je mening over uit te spreken", zegt hij in De Nieuws BV.
Video niet beschikbaar
Vloekende gemeenteraadsleden, storende internetverbindingen of alleen vragen via schrift. De democratie viert geen hoogtij tijdens de coronacrisis.
De inspraak van zowel volksvertegenwoordigers als burgers gaat stroef, en dat terwijl inspraak binnen een democratie van groot belang is. Iets waar gastconservator Niesco Dubbelboer zich al jarenlang mee bezighoudt. Daarom zet hij het referendum over de Europese Grondwet bij in het Museum van de Democratie.
Europese Grondwet
In 2005 legde de overheid een vraag voor aan de Nederlandse bevolking: wel of geen Europese Grondwet? Een groot deel van de Nederlanders kwam daarvoor, tegen alle verwachtingen in, naar de stembus. Meer dan 60 procent liet zich uit over dit vraagstuk en meer dan 60 procent daarvan liet weten geen Europese Grondwet te willen.
"Dit is absoluut een uniek moment geweest in de Nederlandse geschiedenis", zegt Niesco Dubbelboer, toen ter tijd Tweede Kamerlid voor de Partij van de Arbeid.
"Bij de Europese Grondwet zagen we dat er weinig over was gediscussieerd in de Tweede Kamer en tijdens de verkiezingen. Men had er dus niet over kunnen praten, terwijl het wel om een soort grondwetswijziging ging." Dat was voor Dubbelboer reden om zich hard te maken voor een referendum over deze grondwet.
Referendum
Dat de referendum weer op de agenda kwam te staan van verschillende partijen was volgens Dubbelboer onder andere het gevolg van de opkomst van Pim Fortuyn. Partijen realiseerden zich dat ze het volk wellicht wat vaker inspraak moesten geven in besluitvorming.
Het eerste resultaat daarvan was het referendum over de Europese Grondwet. Een ander resultaat was de in 2015 in werking getreden Wet Raadgevend Referendum. Een wet waar Dubbelboer zich aan het begin van deze eeuw al hard voor maakte.
Raadgevend Referendum
Het raadgevend referendum kan worden aangevraagd door 300.000 Nederlanders. Als dat aantal mensen zich schaart achter een referendumaanvraag, moet de overheid volgens de wet een referendum uitschrijven. Dit gebeurde over het Oekraïne-verdrag en over de Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten.
Vooral bij het Oekraïne referendum kwamen de voor en tegenstanders van het referendum lijnrecht tegenover elkaar te staan. Een argument dat werd aangedragen tegen het referendum was dat het onderwerp te gecompliceerd zou zijn voor een ja/nee vraag.
"Onzin," zegt Dubbelboer. "In het parlement is het uiteindelijk ook een vraag van ja of nee. De essentie van democratie is dat als jouw belangen getroffen worden, dat je het recht hebt daar je mening over uit te spreken."
Afschaffing referendum
Toen minister van Binnenlandse Zaken Kajsa Ollongren (D66) in 2018 aangaf het raadgevend af te schaffen werd daar door Dubbelboer niet lichtzinnig op gereageerd: "Wij hebben vanuit 'Meer Democratie' drie rechtszaken aangespannen tegen minister Ollongren, omdat wij het echt een schandaal vonden. Met name hoe ze het deden. Schaf het dan af in de vorm dat wij ook nog de mogelijk hadden om daar een referendum over te organiseren, zoals bij een normale wet kon."
Het raadgevend referendum zou zijn afgeschaft omdat het niet goed functioneerde volgens de coalitie. Dubbelboer is er echter van overtuigd dat het referendum terug zal komen. "Directe democratie is springlevend. We hebben even een kleine terugslag gehad, maar ik verwacht na de verkiezingen dat het referendum gewoon weer terugkomt."