'Laat parlementaire enquête over corona alsnog doorgaan met Tweede- én Eerste Kamerleden'
- Nieuws
- 'Laat parlementaire enquête over corona alsnog doorgaan met Tweede- én Eerste Kamerleden'
De parlementaire enquête over het coronabeleid is onlangs op de lange baan geschoven. Veel kiezers willen echter dat het handelen van de overheid in coronatijd op de bodem wordt uitgezocht, denkt Eerste Kamerlid van het CDA Madeleine van Toorenburg. Daarom heeft ze een oplossing: "Stel een commissie samen met leden van de Tweede én Eerste Kamer."
Madeleine van Toorenburg en Wim Voermans in Dit is de Dag - Dit is de Dag
De commissie die de parlementaire enquête over het coronabeleid moest voorbereiden was vorige zomer al gevormd. Toenmalig Kamervoorzitter Khadija Arib (PvdA) zat erin, net als onder anderen Pieter Omtzigt, Pepijn van Houwelingen (Forum voor Democratie) en Wybren van Haga (BVNL). Nadat Arib in oktober uit de Kamer vertrok, liep de commissie vertraging op. In juni bleek dat veel partijen voorlopig toch geen Kamerlid willen 'uitlenen' aan de commissie omdat dat de werkdruk teveel zou verhogen en men een onderzoek van de Onderzoeksraad voor Veiligheid (OVV) naar het coronabeleid wil afwachten.
In het verleden ontstond er sowieso heibel in de commissie, omdat sommige leden vonden dat Van Haga en Van Houwelingen zich niet aan de afspraak hielden om niet meer deel te nemen aan coronadebatten. Dat is inderdaad een probleem, denkt Van Toorenburg: "Als mensen positie innemen op een onderwerp, kun je niet met droge ogen beweren dat je een onafhankelijke enquêtecommissie bent", vindt ze. "Eigenlijk is het de bedoeling dat je als lid van zo’n commissie een beetje los bent van de actualiteit."
Ze wijdt dit overigens aan het feit dat fracties steeds kleiner worden: hierdoor wordt het moeilijker voor partijen om Kamerleden af te vaardigen die zich niet dagelijks met het onderwerp bezighouden. Sowieso vraagt een parlementaire enquête vaak jarenlang veel van de Kamerleden die er deel van uitmaken, en bij kleine fracties weegt dit relatief nog zwaarder. Madeleine van Toorenburg was voorzitter van de Parlementaire Enquêtecommissie die het treindebacle rond de Fyra onderzocht van 2013 tot 2016.
Verenigde vergadering
Haar oplossing is het betrekken van de Eerste Kamer bij deze commissie, een zogenoemde 'Verenigde Vergadering'. "In de Eerste Kamer zitten leden die dit nog nooit hebben gedaan en dat heel goed zouden kunnen. Er zijn leden die geen fulltime functie hebben en die wel een rol hebben gespeeld bij de procedures rondom de coronaregels", zegt ze.
Hoogleraar Staats- en Bestuursrecht Wim Voermans vindt het een 'buitengewoon slecht idee'. "In de Eerste Kamer zitten net zo goed politici en ze hebben nog minder tijd dan Tweede Kamerleden, dus het heeft geen toegevoegde waarde." Daarnaast is een Verenigde Vergadering bedoeld voor zaken rondom het koningshuis, zegt hij.
Voermans begrijpt 'de behoefte van de Eerste Kamer om te zoeken naar werk en zich breed te maken', maar hij vindt dat Eerste Kamerleden de makke hebben om 'de koepels van Nederland te vertegenwoordigen.' Wat hem betreft is echt alleen de Tweede Kamer aan zet: "Het onderwerp lijkt me belangrijk genoeg. Ik hoop dat de nieuwe Tweede Kamer nog eens naar kijkt."
Van Toorenburg wil het tóch proberen: "De coronasituatie was zó fundamenteel, dat het zich zou kunnen lenen om dit uit te proberen. Want ik ben bang dat het anders helemaal niet van de grond komt en dat vindt het publiek nog erger: dat het coronabeleid helemaal niet wordt onderzocht."