'Schande dat mbo studenten aflevert die niet goed kunnen lezen en schrijven'
- Nieuws
- 'Schande dat mbo studenten aflevert die niet goed kunnen lezen en schrijven'
Een brief van de overheid lezen, foutloos een CV opstellen, of begrijpen wat er in de krant staat; een groeiende groep jongeren, mét mbo-diploma, kan dit niet. "Een schande", vindt oud-docent Evelien Polter. Volgens haar wordt er op het mbo te weinig aandacht besteed aan taalonderwijs, en zijn docenten Nederlands vaak niet eens geschoold in het vak.
Video niet beschikbaar
Polter gaf 43 jaar les op het mbo. Met pijn in het hart zag ze het taal- en leesniveau van haar leerlingen gestaag dalen. "Laaggeletterdheid is een groot probleem. Jongeren kunnen geen foutloze zinnen schrijven en kunnen niet goed lezen", vertelt ze.
Nederlandse les verwaarloosd
Volgens haar is het mbo zich steeds meer gaan richten op het beroepsonderwijs en werd Nederlandse les daardoor verwaarloosd. "Maar ook als je kapper of lasser bent is het belangrijk dat je de taal goed beheerst. Je hebt taal nodig om te kunnen meedraaien in de maatschappij. Ook deze jongeren moeten de bijsluiter van een medicijn kunnen lezen en begrijpen", zegt ze.
Mohammed Saiah (25) zat vijf jaar op het mbo. Hij begon met niveau-2 administratief medewerker en studeerde af in marketing en communicatie op niveau 4. "Ik dacht dat het wel goed zat met mijn Nederlands", vertelt hij. Maar dat bleek goed tegen te vallen. "Ik maakte een toets om toegelaten te worden tot een hbo-opleiding en daar kwam uit dat mijn taalniveau heel zwak was. Ik schrok me kapot."
Confronterend
Inmiddels denkt hij dat hij de grootste achterstand wel ingehaald heeft. Hij is nu D66-raadslid in Utrecht en zet zich in voor een beter mbo. Zijn eerste taalstrijd heeft hij al gewonnen. Door een succesvolle campagne heet straks elke mbo'er 'student' in plaats van 'leerling'. "Heel belangrijk voor de erkenning en het imago van het mbo", vertelt hij trots.
Toen hij net raadslid was, werd hij regelmatig geconfronteerd met zijn taalachterstand. "Dan zat ik in een vergadering en begreep ik niet goed waar het over ging. Dan raapte ik mijn moed bij elkaar om te vragen wat een bepaald woord betekent", vertelt hij. Inmiddels is hij niet meer bang om te zeggen dat hij het niet begrijpt. "Ik ben zelfs bang dat ik de ambtelijke taal soms een beetje overneem", lacht hij.
'Er zijn meer vakdocenten nodig'
Polter en Saiah staan niet alleen in hun zorg over laaggeletterdheid in het mbo. Eerder dit jaar verschenen er rapporten van onder meer de Onderwijsinspectie en SER over het onderwerp. Uit die rapporten bleek dat 2,5 miljoen mensen van 16 jaar en ouder moeite hebben met lezen en dat een groot deel van de jongeren bij instroom op het mbo niet op het gewenste taalniveau zit.
Volgens Polter zou het goed zijn als er meer vakdocenten Nederlands komen. "In het mbo heb je geen speciale leraren Nederlands meer. Alle docenten zijn bevoegd om dit vak te geven", vertelt ze. Ook pleit ze voor meer lesuren Nederlands in de week.
Het begint op het primair onderwijs
De oplossing van Polter wordt niet gedeeld door Ton Heerts, de voorzitter van de mbo-raad. "We doen ons stinkende best en introduceren bijvoorbeeld leesprogramma's. Het is onze taak om het taalniveau dat op het voortgezet onderwijs wordt gegeven te onderhouden."
Wel erkent hij het probleem van laaggeletterdheid. "Als land moeten we ons diep schamen dat ons taalniveau achteruit gaat." Maar volgens hem ligt het probleem dieper. "Het begint al bij het primair onderwijs en het vmbo. Het niveau is al erg slecht als ze aankomen bij het mbo."