Wat vond Proust zo mooi aan het 'gele muurtje' van Vermeer?
- Nieuws
- Wat vond Proust zo mooi aan het 'gele muurtje' van Vermeer?
In de herfst van 1902 maakte Marcel Proust een reis door Holland. Hij bezocht Haarlem om schilderijen van Frans Hals te zien, en in oktober arriveerde hij in Den Haag. Daar kwam hij voor het eerst oog in oog zou staan met een schilderij van Vermeer: Gezicht op Delft. Het werd een kennismaking die hij nooit zou vergeten. Een levenslange fascinatie was geboren.
In de jaren die volgden zou het werk van Vermeer meerdere malen in Prousts brieven opduiken. Zo ook in de brief die Proust bijna twintig jaar nadat Gezicht op Delft zag, schreef. De brief was gericht aan kunstcriticus Jean Luis Vaudoyer. Komende vrijdag, 19 juni zal de brief worden geveild. Proustkenner en filosoof Maarten van Buuren is te gast in OVT.
Marcel Proust en zijn fascinatie met het schilderij 'Gezicht op Delft'
Video niet beschikbaar
Grote bewondering
In december 1904 sprak Proust in een brief aan Fénelon over 'mijn bewondering voor Ver Meer en mijn vriendschap voor jou.' Proust verschreef de naam van de schilder steevast als Ver Meer de Delft. In een andere brief uit 1907, aan de prinses de Caraman-Chimay, noemt Proust het schilderij 'het tafereel dat ik in Holland het meest lief had…'
Maar de meest uitgesproken bewondering staat in een brief die hij bijna twintig jaar na zijn bezoek aan den Haag schreef. In die brief, geschreven op de eerste van mei van 1921, gericht aan de literatuurcriticus Jean-Louis Vaudoyer, beschrijft Proust Gezicht op Delft met de woorden: 'Le plus beau tableau du monde'. 'Het mooiste schilderij ter wereld'.
Romanpersonage Bergotte
Proust schreef de brief in dezelfde periode dat hij bezig was aan het vijfde deel van zijn grote romancyclus À la recherche du temps perdu, het deel dat la Prisonnière zou gaan heten (de gevangene) en in 1923 postuum zou verschijnen. In dat deel komt het romanpersonage Bergotte voor. Bergotte is schrijver en komt oog in oog te staan met het Gezicht op Delft, net als Proust zelf was overkomen in 1902.
Maar waar Proust met toenemend enthousiasme over Vermeer schreef aan vrienden en vriendinnen, daar verging het Bergotte minder fortuinlijk. Voor Bergotte is Vermeer's meesterschap zo'n grote schok dat hij ziek wordt en sterft. Vooral het kleine gele muurtje 'le petit pan de mur jaune', rechts op het schilderij, komt hard bij de het romanpersonage aan: zo precies te schrijven, als Vermeer zijn kleine zon-beschenen muurtje had geschilderd, achtte de schrijver een onbereikbaar ideaal. Geconfronteerd met de ontoereikendheid van zijn eigen schrijverschap sterft Bergotte.
Geconfronteerd met de ontoereikendheid van zijn eigen schrijverschap sterft Bergotte
Brief aan Vaudoyer
Proust zou de brief aan Vaudoyer niet bijster lang overleven. Hij stierf ruim een jaar later. Of hem toen het gele muurtje ook voor ogen heeft gezweefd valt natuurlijk niet te achterhalen. Voor Proust had dit detail uit het schilderij van Vermeer model gestaan voor de essentie van zijn schrijverschap. Dat ideaal was, wie het schilderij goed kent, overigens wel losgezongen van het doek zelf. Het gele muurtje is namelijk geen muurtje, maar een met pannen belegd dak. Maar dat doet hoogstwaarschijnlijk aan de visie van Proust niets af.
Marcel Proust en zijn fascinatie met het schilderij 'Gezicht op Delft'
Video niet beschikbaar