Winkeliers worden burgerlijk ongehoorzaam: 'Ik sta in mijn recht als ik mijn handel wil slijten'

Een voorbeeld is Angelique Brekelmans, die een schoenenwinkel heeft in Venlo. Omdat ze nog niet lang bezig is, krijgt ze geen Tegemoetkoming Vaste Lasten. "Dat betekent dat wij in de eerste lockdown ons pensioenpotje moesten aanspreken. Vervolgens zijn we privé gaan leven van onze spaarrekening", vertelt Brekelmans. Nu tijdens de tweede lockdown is het geld op en lopen de facturen gewoon door. In totaal verloor ze al 100.000 euro aan omzetverlies, zegt ze.

Opengaan is de enige oplossing, zegt ze. Ook denkt ze zaterdag de deuren van haar winkel te openen. "Op gepaste wijze, met afstand en mondkapjes. Ik heb een magazijn vol schoenen staan. Daar zit mijn geld vast."

Buiten verkopen

Marga Botter, een eigenaar van een kledingzaak in Hoogeveen is al langer burgerlijk ongehoorzaam. "Een paar keer heb ik markt buiten gehouden. Ik heb mijn winkelrekken naar buiten getrokken, dus dan ga ik mijn spullen daar wel verkopen", vertelt ze. Ze vindt het oneerlijk dat de winkels dicht moesten, maar de markt - 200 meter verderop - niet. "Ik vind dat ze één lijn moeten trekken. Ik vind dat ik in mijn recht sta om toch mijn handel te kunnen slijten", zegt ze.

Niet alleen ondernemers vinden dit, denkt Botter. Ook de klanten. "Ik heb heel veel positieve reacties gekregen", zegt ze.

In Geld of je Leven schoof ook econoom Jan Paul van de Kerke aan, die wel snapt dat de ondernemers burgerlijk ongehoorzaam worden. Hieronder is het hele gesprek te horen.