Wethouder Ivens neemt voorschot op investeringsfonds Hoekstra: ‘Ik wil woningbouwcorporatie voor middeninkomens’

'De woningmarkt is inderdaad kapot', reageert wethouder Laurens Ivens op CDA-fractievoorzitter Pieter Heerma zondag in Buitenhof. En daarom doet hij op de dag voor Prinsjesdag een beroep op het nog nader te bekendmaken investeringsfonds van Wopke Hoekstra. "De grootste groep verdient te veel om in de sociale huur te wonen, maar redt het niet in de vrije sector. Daarom wil ik een woningcorporatie die bouwt voor het middensegment."

"De woningbouwcorporaties die wij kennen mogen alleen verhuren aan mensen die tot aan 38.000 euro verdienen. Ik zou het goed vinden als er een corporatie komt die zich richt op de mensen tot aan de 60.000 euro. Want tot daar zitten mensen in de knel. We zien dan een huur voor ons van tussen de 710 euro en 1000 euro", zegt Ivens in 1 op 1.

'Minister moet maximale huurprijs invoeren'

In Nederland zitten 800.000 huishoudens in de knel vanwege te hoge huren, bleek vrijdag uit onderzoek van het Nibud. Zij stellen een maximum huurprijs voor van 523 euro. 'Dat is pittig', vindt Ivens, maar hij steunt de oproep van zijn vroegere SP-collega Arjan Vliegenthart. "Minister Ollongren moet maximale huurprijzen invoeren. Het zou voor Amsterdam al een verademing zijn als die prijzen op maximaal 850 euro liggen."

'Schaf verhuurdersheffing af'

Als het aan Ivens ligt mag de verhuurdersheffing per direct op de schop. En dan doelt hij op de hoge belasting die woningbouwcorporaties jaarlijks voor de kiezen krijgen. Corporaties klagen al heel lang dat ze zo veel geld moeten afdragen, waardoor ze nauwelijks iets overhouden voor de bouw van nieuwe betaalbare huurwoningen. En dat terwijl de wooncrisis volop huishoudt in Nederland. "Er is dan ook geen vriend meer te vinden voor de verhuurdersheffing", stelt Ivens. "Maak dus zo snel mogelijk een einde aan deze alom bekritiseerde regeling."

Oey-Interview

Uiterst diplomatiek drukt Ivens zich uit over de opgelaaide commotie naar aanleiding van het interview in NRC Handelsblad afgelopen weekend van Robert Oey, de man van burgemeester Femke Halsema en uiteindelijke bezitter van het 'nepwapen' waarmee hun puberzoon van de zomer op pad ging. Verrast was hij wel na het lezen van het vraaggesprek van Oey, die op zijn zachtst gezegd van zijn hart geen moordkuil maakt, "Daar wordt heel wat gezegd in dat interview met Robert Oey. Ik ben benieuwd naar de afloop." Om er haastig aan toe te voegen: "Maar volgens mij is er niet zoveel aan de hand."