Jay: 'In de jeugdgevangenis maakte ik snel vrienden, maar niet per se de goede'
- Nieuws
- Jay: 'In de jeugdgevangenis maakte ik snel vrienden, maar niet per se de goede'
Uitpuilende jeugdgevangenissen, tekort aan personeel en lange wachtlijsten. Het gaat niet goed met de jeugdstrafketen. Jay werd overgeplaatst van de traditionele jeugdgevangenis naar een kleinschalige inrichting en sindsdien gaat het stukken beter met hem, vertelt hij bij Spraakmakers. Toch staan veel van deze nieuwe kleinschalige voorzieningen nog leeg.
Video niet beschikbaar
Verschil met jeugdgevangenis
Waar de gewone jeugdgevangenissen in Nederland vol zitten, is er in ons land een aantal kleinschalige jeugdinrichtingen die voor het grootste deel leeg staan. Ruud Jacobs is projectleider van zo'n locatie in Amsterdam en vindt dit jammer. "In de kleinschalige voorziening houden jongeren hun normale leven in stand. In de traditionele jeugdgevangenis zijn ze meer afgesloten van de buitenwereld."
Jay
Dit betekent niet dat de kleine voorziening geen straf is, zegt Jacobs. "Je bent je vrijheid kwijt en je bent gedwongen om met ons samen te werken. Elke avond om tien uur gaat de kamer dicht." Jay, die liever anoniem wil blijven, maar wiens naam bij de redactie bekend is, is onlangs overgeplaatst en merkt het verschil in aanpak en benadering. "Je wordt heel anders behandeld dan in de jeugdgevangenis. Daar noemen ze je bij je kamernummer in plaats van je naam. Hier word je als mens behandeld en kun je familie blijven zien."
School en een sociaal vangnet zijn volgens Jacobs belangrijke factoren om te voorkomen dat jongeren na het uitzitten van hun straf terugvallen in de criminaliteit. Daarnaast komt hij minder in aanraking met zware jeugddelinquenten. "In de jeugdgevangenis maakte ik snel vrienden, maar niet per se de goede."
Risicobeperking
Ondanks goede uitkomsten, kan niet iedere veroordeelde jeugddelinquent naar een kleinschalige voorziening, legt Jacobs uit. Jongeren die verhard zijn, ernstigere delicten hebben gepleegd en daarmee een groter risico lopen, komen niet in aanmerking.
Volgens Jacobse moet een jongere aan verschillende voorwaarden voldoen. Een aantal factoren moet de kans van succesvolle terugkeer in de samenleving vergroten en de risico’s voor de samenleving beperken.
Te weinig bekendheid
De kleinschalige instellingen begon in 2016 als een experiment in vijf steden. Aanvankelijk was er veel enthousiasme. Waarom staan dan toch zo veel van deze kleinschalige instellingen leeg? Volgens Eva Mulder, onderzoeker bij de Academische Werkplaats, is er niet in alle steden al evenveel bekendheid met deze nieuwe vorm van jeugddetentie. De jeugdzorg, de Raad voor de Kinderbescherming, de Reclassering en de rechter zeggen: er moet geïnvesteerd worden om alle partijen met dit nieuwe model bekend te maken.
Daarnaast voorziet de wet eigenlijk niet in deze optie, denkt Mulder. "We hebben er een nieuwe keuze bij." Volgens haar moet er daarom een aanpassing in de wet komen. Mulder en Jacobs pleiten ook voor minder angst bij het opleggen van de nieuwe vorm van detentie en voor het vergroten van meer bekendheid voor deze optie in de regio's.
Toekomst Jay
Voor jongeren zoals Jay biedt de kleinschalige instelling een veel beter toekomstperspectief. Daarom is voor hem de keuze om op het rechte pad te blijven heel simpel: "je gaat niet ver komen in de criminaliteit. Of je belandt in de gevangenis, of je bent er niet meer."
Hoe haal je jongeren uit de criminaliteit en hoe voorkom je dat ze er überhaupt in terechtkomen? In Spraakmakers gaan we dieper in op dit onderwerp. De ernst ervan, de mogelijke oorzaken, maar vooral ook manieren om te voorkomen dat jongeren afglijden. We praten onder andere met (criminele) jongeren zelf en met alle andere partijen in de strafrechtketen.