Drentse radiotelescopen als pleisterplaatsen van de Kosmische Komedie
- Nieuws
- Drentse radiotelescopen als pleisterplaatsen van de Kosmische Komedie
Frank Westerman oogste eerder dit jaar alom lof met zijn nieuwe boek De Kosmische Komedie. Inmiddels kun je met de schrijver zelf op pad langs belangrijke plekken uit het boek. Onze columnist Hens Zimmerman ging met hem mee.
De Kosmische Komedietour vertrekt op zondagochtend 29 augustus om 09.00 uur per bus vanuit Groningen naar Drenthe, en Westerman vertelt hoe zijn boek is ontstaan. “Het boek is voor een goed deel geschreven in Assen, op mijn oude kamertje, waar nog knutselwerken stonden van mijn lagere schooltijd.” Het boek vertelt over het reikhalzen van de mens naar een betere wereld – buiten de dampkring. De sterrenwacht van Westerbork is het middelpunt van de vertelling.
Als eerste stopt de bus bij de telescoop van Dwingeloo, sinds 2009 een rijksmonument dat aan de praat wordt gehouden door een vereniging. Ooit was deze telescoop het meest gevoelige ruimteoor ter wereld. “Ik zeg letterlijk ‘oor’, want deze telescoop vangt radiogolven op”, aldus Westerman. “Kijk, sommige mensen zijn trots op de Eiffeltoren. Natuurlijk, dat is ook mooi, maar dit kan draaien, het kan kantelen, het kan knikkebollen, deze telescoop kan de hele hemel aftasten”.
De hemel is opengegaan
Aan het begin van de 20ste eeuw dachten deze wetenschappers nog dat ons zonnestelsel in het midden van het heelal staat. Jan Hendrik Oort ontdekt dat ons zonnestelseltje helemaal niet middenin de Melkweg staat, maar aan de rand – in een buitenwijk. ‘De hemel is opengegaan’, kopte de toen nog Katholieke Volkskrant. De verslaggever rept van een wonder. Met behulp van de radiotelescopen zou de hemel nog veel verder opengaan.
In verband met Covid-19 mogen de deelnemers in kleine groepjes naar binnen in de ruimtetelescoop Dwingeloo, waar ze krijgen uitgelegd hoe de telescoop radiostraling ontvangt die informatie bevat over waterstofgas. Op dit moment is de telescoop gericht op een plek aan de hemel waar de overblijfselen van een supernova zijn te zien in de Krabnevel, die op een afstand van zo’n 6.500 lichtjaar staat. De gasten zijn hoorbaar onder de indruk van de vrijwilligers die de telescoop draaiende houden. “Wat een wereld van verschil tussen de bureaucratie waar sommige mensen zich mee bezighouden, en het wetenschappelijk onderzoek.”
Smartphones uit naast de schotelantennes
En verder gaat de reis door het druilerige Drenthe, naar Westerbork. De smartphones moeten uit, omdat die storen bij de metingen die verricht worden met de veertien schotelantennes. Die staan allemaal gericht op hetzelfde plekje aan de hemel, zodat ze een heel klein stukje van de hemelkoepel af kunnen speuren.
Ondertussen heeft de ontwikkeling van de radiotelescopen niet stilgestaan. Niet langer zijn er grote schotels nodig, maar wordt gebruik gemaakt van een heleboel heel kleine antennes samen. Die zijn te vinden bij de superterp in Exloo. “Op die superterp zijn de antennes aangeplant”, vertelt Westerman. “Ik heb me laten vertellen door de mensen van Astron dat ze gemaakt zijn van spul wat je gewoon bij de bouwmarkt kunt kopen. Het zijn een soort tentstokken, zo hoog als een mens, met scheerlijnen, en dat is de antenne.”
Antennes in matrassen
Sommige van die antennes zitten in een soort matrassen, door wetenschappers ‘tiles’ genoemd. “Als je het van boven zou kunnen bekijken, lijk het een soort helihaven voor ruimteschepen. Het is zo futuristisch, ik weet niet waar ik het mee moet vergelijken. Maar hier, in dit zompige land, ligt het nieuwe ruimteoor in het landschap gevleid. En dat ruimteoor is verknoopt met andere hulp-ruimteoren verderop in Drenthe, Duitsland, Polen, Engeland en Italië.”
Bij wijze van uitzondering mag het hele gezelschap tussen de antennes door in de radiotelescoop lopen, waar het riet en de brandnetelhagen hoog groeien. Met natte kleren en een berg mooie ervaringen rijdt het gezelschap aan het eind van de dag weer terug naar de stad Groningen.