Moeten benzineauto’s ook een roetfilter krijgen?
- Nieuws
- Moeten benzineauto’s ook een roetfilter krijgen?
Het klinkt gek, een motor die zuiniger met zijn brandstof omspringt en toch belastender is voor het milieu. Maar de nieuwste benzinemotoren mogen dan minder CO2 uitstoten, ze stoten juist weer meer roet uit. Met een roetfilter zou je dit negatieve effect kunnen ondervangen, becijferden Canadese onderzoekers.
De nieuwste generatie benzinemotoren heeft vaak een kleinere cilinderinhoud en maakt gebruik van directe brandstofinspuiting. Dat zorgt ervoor dat de motor zuiniger is, en daardoor ook minder CO2 uitstoot. Maar dit nieuwe systeem stoot juist weer meer andere deeltjes uit, zoals roet, benzeen en tolueen. Een deel daarvan draagt weer bij aan de opwarming van de aarde.
Of het nettoresultaat positief of negatief is voor het milieu, hangt af van onder meer de soort benzine, de buitentemperatuur en de levensduur van de auto, schrijven de Canadese wetenschappers in Environmental Science & Technology. “In sommige gevallen moet de motor 20 procent zuiniger zijn om de roetuitstoot te compenseren”, laat hoofdonderzoeker Naomi Zimmerman weten in een begeleidend persbericht.
Verschil met gewone benzinemotor wordt kleiner
In veel gevallen is het lastig om die 20 procent te halen, al was het maar omdat conventionele benzinemotoren ook steeds zuiniger worden – zonder last te hebben van de hogere roetuitstoot. In vergelijking tot een conventionele benzinemotor uit 2005 is een motor met directe inspuiting uit 2015 gemiddeld zo’n 11 procent zuiniger. Ten opzichte van een conventionele motor uit 2010 is het verschil nog maar 1 procent.
Een roetfilter zou dit probleem kunnen ondervangen, zeggen de onderzoekers. Voorwaarde is dan wel dat het filter 80 procent van het roet uitfiltert, en zorgt voor hooguit 1 procent meer brandstofverbruik.
Dit artikel is verzorgd door de wetenschapsredactie van De Kennis van Nu.