Het mysterie van de rode en de witte tweeling
- Nieuws
- Het mysterie van de rode en de witte tweeling
Lisanne Tollenaar promoveerde op TAPS. Het syndroom waarbij de bloedbanen van de twee baby's van een tweeling met elkaar verbonden zijn. Doordat de ene baby meer bloed deelt dan de ander komen er een spierwitte en een vuurrode baby ter wereld. "De witte kinderen hebben er meer last van dan de rode, zij krijgen bijvoorbeeld relatief vaak last van doofheid", zegt Tollenaar in dr Kelder en Co.
Video niet beschikbaar
TAPS komt alleen voor bij eeneiige tweelingen. De oorzaak is de manier waarop de bloedvaten in de placenta is aangelegd. Eeneiige tweelingen delen hun bloed, bij een tweeling met TAPS geeft de ene baby meer bloed (de witte) en ontvangt de andere te veel. De kleur van de babies is alleen na de geboorte afwijkend, dit trekt weer bij zodra ze geen bloed meer delen. Vaak heeft de witte baby meer ontwikkelingsproblemen dan de rode. Dat komt omdat rode bloedlichamen zuurstof rondbrengen in het lichaam. Als je lange tijd eigenlijk te weinig zuurstof krijgt dan kan dat schade opleveren.
Het syndroom is sinds 15 jaar bekend, en Leiden University is leidend in het het onderzoek naar TAPS. Toch is er nog maar weinig wetenschappelijk onderzoek naar gedaan, vooral omdat het zo zeldzaam is. Jonge doctor Tollenaar deed onder meer onderzoek naar de gevolgen op latere leeftijd en de verschillen in de behandelwijze. Eén van haar ontdekkingen is dat bij dit soort tweelingen doofheid veel vaker voorkomt en daar valt veel te winnen.
"Als je weet dat de witte kinderen vaak last krijgen van doofheid kun je deze babies al snel laten testen. Door dat vroeg te doen en die kinderen een gehoorapparaat te geven, lopen ze geen achterstand op in hun spraak- en taalontwikkeling. Doe je dat niet dan zie je dat die witte kinderen vaak pas rond hun vijfde gaan praten, wat ook weer zorgt voor achterstanden op allerlei andere gebieden", zegt Tollenaar.