Wat vindt de oppositie van de eerste week van Rutte-IV?
- Nieuws
- Wat vindt de oppositie van de eerste week van Rutte-IV?
Na de eerste week van het kabinet Rutte-IV blikken we met fractievoorzitters Ploumen (PvdA), Esther Ouwehand (PvdD) en Eerdmans (JA21) terug op de eerste debatten. Zagen zij mogelijkheden om de kabinetsplannen bij te sturen? Zijn de contouren van de beloofde samenwerking tussen de coalitie en de oppositie al zichtbaar?
Ploumen (PvdA), Ouwehand (PvdD) en Eerdmans (JA21) over de eerste week van Rutte-IV
Video niet beschikbaar
“Het blijft heel dubbel”, vertelt fractievoorzitter van Partij voor de Dieren Esther Ouwehand in NOS Met het Oog op Morgen. Ze heeft met gemixte gevoelen in de debatten gezeten de afgelopen week. “Rutte III is niet voor niets afgetreden. Je hebt de toeslagenaffaire, de man die premier wilde blijven, had gelogen. Je ziet het ook in de cijfers, het vertrouwen in de politiek is historisch laag.”
Eerste Week
Joost Eerdmans, fractievoorzitter van JA21, ziet nog vrij weinig verschil in het huidige kabinet en de vorige. Zo zijn er verschillende moties afgewezen om meer met de oppositie samen te werken. “Een van onze eigen ging de prullenbak in. Daarin zou het kabinet uitspreken dat de oppositie ruimte zou krijgen om mee te doen over de inhoud. Zoals budgetten. Die is gewoon weggestuurd. Dus daar word je niet echt enthousiaster van”, legt hij uit.
Plannen
Het kabinet verhoogt het minimum jeugdloon, maar wil voor die stijging de AOW ontkoppelen. Dat is een van de plannen. Liliane Ploumen, Fractievoorzitter van Partij van de Arbeid, maakt zich door dit plan zorgen voor een groot deel van de bevolking. “De grote vermogensongelijkheid wordt totaal niet aangepakt. De vermogende, grote bedrijven en vervuilers worden ongemoeid gelaten, maar het minimumloon stijgt niet meer. Er wordt bezuinigd op de jeugdzorg.” Volgens haar komt het historisch lage vertrouwen in de politiek ook deels door de vermogensongelijkheid. “Hoe ongelijker een samenleving, hoe ongelukkiger wij allemaal zijn.”
Bondgenootschappen
“Het is een belangrijk signaal dat op verschillende punten dit kabinet de hele oppositie tegen zich heeft gehad”, vertelt Ouwehand. Ze heeft hoop op bondgenootschappen, ondanks dat er een kamer is met veel verschillende facties en meningen. “We hebben situaties gehad waarin de hele oppositie verenigd was, terwijl die eigenlijk best versplinterd is. Als je dan nog niet beweegt, terwijl alle andere partijen wat tegen je vertellen, ben je wel heel halsstarrig.”
Ook Eerdmans ziet kansen voor samenwerking. Er is zo rechtse meerderheid zowel in de Eerste- als Tweede Kamer. “Zo hebben we met de SGP een mooi onderzoek afgedwongen over een asielquotum binnen Nederland. Daar zitten dus ook mogelijkheden.”