'In een democratie moet je altijd iets kunnen terugdraaien'
- Nieuws
- 'In een democratie moet je altijd iets kunnen terugdraaien'
De democratie wordt vaak gezien als de tirannie van de meerderheid. Volgens rechtsfilosoof Bastiaan Rijpkema ligt dat iets gecompliceerder. Daarom zet hij de oratie van hoogleraar George van den Bergh bij in het Museum van de Democratie van De Nieuws BV. Van den Bergh stelt dat de democratie niet draait om de meerderheid, maar om de mogelijkheid om besluiten terug te draaien.
Video niet beschikbaar
De oratie van Amsterdams hoogleraar George van den Bergh "is een tekst die voor de Tweede Wereldoorlog heel bekend was, maar na de oorlog een beetje is ondergesneeuwd", zegt Leidse rechtsfilosoof Bastiaan Rijpkema. In 1936 spreekt Van den Bergh zijn oratie uit met de titel: De democratische staat en niet-democratische partijen. In die oratie pleit Van den Bergh voor een verbod op antidemocratische partijen.
Oratie Van den Bergh
Ten tijde van de oratie is er veel aan de hand in Europa. Zo is Hitler al sinds 1933 aan de macht in Duitsland, zijn de eerste rassenwetten aangenomen en begint de NSB aan een opmars in Nederland. De oratie van de vooraanstaande SDAP'er wordt dan ook gezien als aanval op bepaalde partijen. Van den Bergh zou zijn leerstoel gebruiken voor politieke doeleinden.
Wat Van den Bergh eigenlijk zegt is dat de democratie de mogelijkheid is om op je schrede terug te keren
Ook vanuit verschillende media wordt Van den Bergh bekritiseerd. Rijpkema: "In alle kranten, van het Algemeen Handelsblad, tot lokale en provinciale kranten werd de oratie besproken." De theorie van de hoogleraar zou niet te verenigen zijn met de democratische beginselen. De overheersende gedachte was dat het volk een niet-democratische partij moest kunnen kiezen als dat de wens was. Van den Bergh trok dit met zijn oratie in twijfel.
"Wat Van den Bergh eigenlijk zegt is dat de democratie de mogelijkheid is om op je schrede terug te keren", aldus Rijpkema. Het afschaffen van de democratie door een niet-democratische partij is het enige besluit dat niet teruggedraaid kan worden. "Dat is volgens Van den Bergh de reden dat democraten zich tegen dat besluit mogen verzetten."
Museum van de Democratie
De democratie blijft een bestuursvorm die altijd ter discussie staat. Er wordt constant aan geschaafd en er wordt nu zelfs gekeken of de Nederlandse parlementaire democratie nog wel toekomstbestendig is: reden genoeg voor De Nieuws BV om het museum van de democratie te openen.
Elke maandag voegt een gastconservator een stuk toe aan de virtuele collectie die hier te bezichtigen is. Door middel van al die stukken en de verhalen die daarbij horen, vertelt het museum het verhaal van onze democratie.
Volksuniversiteit Buchenwald
In 1940 komt Van den Bergh met verschillende Nederlandse intellectuelen in het kamp Buchenwald terecht. Zelf denkt hij dat dit te maken heeft met zijn oratie. In een afgezonderd deel van het kamp, met ietwat betere omstandigheden, richten de gevangen een Volksuniversiteit op. Hier onderwijzen zij elkaar in het eigen vakgebied. "Hier krijgt Van den Bergh naar eigen zeggen de handen opeen voor zijn theorie", zegt Rijpkema.
Na de Tweede Wereldoorlog komt Van den Bergh zelf nooit meer terug op zijn eigen theorie. Pas aan het einde van zijn carrière (1960), haalt Van den Bergh zijn theorie weer aan in zijn afscheidsrede. Daar concludeert hij dat zijn theorie deels is verwerkt in onder andere de Universele Rechten van de Mens. Rijpkema: "Daar zit een artikel in dat moet voorkomen dat je misbruikt maakt van democratische rechten tegen de democratie."
De democratie in 2020
De theorie Van den Bergh blijft 84 jaar na de introductie nog altijd actueel. Zo stelde Sander Dekker, minister van Rechtsbescherming, eind 2019 voor om het makkelijker te maken antidemocratische organisaties te verbieden. "Eerdere varianten van dit voorstel waren er ook al in 1936, maar Van den Bergh vond dit artikel te onduidelijk", zegt Rijpkema. "Ook het voorstel van Dekker is nog altijd niet duidelijk genoeg."
Rijpkema denkt dan ook dat het heel belangrijk is dat Dekker hiermee aan de gang gaat. "Wel moet er nog goed worden gekeken naar het wetsvoorstel, want je kunt niet hebben dat de uiterste grens van de democratie onduidelijk is."