Slaap zacht, meneer Trump
- Nieuws
- Slaap zacht, meneer Trump
De Amerikaanse krijgsmacht heeft meerdere landen gevraagd om militairen naar belangrijke vaarroutes bij Iran en Jemen te sturen. Ook Nederland is gevraagd om militaire hulp te leveren in de strijd tegen Iran, dat zich sinds Amerika het atoompact opblies, in toenemende mate agressief opstelt. Net als de Verenigde Staten trouwens.
Ik lees het nieuws op de camping in de buurt van Verdun, Frankrijk. Ik kijk uit over het kraterlandschap dat als stomme getuigen is van de gruwelen van De Grote Oorlog, nu meer dan 100 jaar geleden. En in elk dorpje staat een monument toegewijd aan de 'kinderen van Frankrijk', die hun leven opofferden in een zinloze strijd die niet de hunne was. En ergens achter in mijn hoofd hoor ik een oud muziekje.
Meneer de president, welterusten. Slaap maar lekker in je mooie witte huis.
De Man in het Witte Huis regeert al meer dan een eeuw over miljoenen Amerikaanse 'kinderen', die hij naar willekeur kan inzetten over in de wereld. Elke oorlog lijkt de juiste te zijn, enkel en alleen omdat het de zijne is. En sinds het diepste bloed van de laatste Nazi-soldaat was opgedroogd, is de solidariteit van de westerse wereld een onaantastbare vanzelfsprekendheid. De president slaapt, zijn soldaten vechten voor een strijd die niet de hunne is.
Denk maar niet te veel aan al die verre kusten waar uw jongens zitten, eenzaam, ver van thuis.
Ome Sam
Het land van Ome Sam stuurde zijn jongens en meisjes al eerder tevergeefs over de wereld om de nieuwe wereldorde af te dwingen, een orde naar ’s presidents beeld en gelijkenis. Op goddelijke gezag onderscheiden van de andere naties marcheerden Amerikaanse laarzen in Korea en Vietnam, te wapen tegen de communistische Satan, waarvan niemand de moeite nam hem persoonlijk te leren kennen. De president slaapt, zijn nachtrust blijft onverstoord, zelfs als de almacht van zijn leger onverwachts wordt verbroken en de lijkzakken een dodendans uitvoeren voor een militaire kapel.
Denk vooral niet aan die zesenveertig doden, die vergissing laatst met dat bombardement.
Toen kwamen de slagvelden in Koeweit, Irak en Afghanistan. Om de vijand te verslaan, om de olievoorraad te bewaken, om de herverkiezing zeker te stellen, om de eigen mannelijkheid op te kloppen, om het terrorisme te bestrijden, om wraak te nemen voor de gevallen tweelingen van staal en beton, om te laten zien dat de Amerikaanse vlag nog steeds symbool staat voor overwinning en macht. Over de talloze burgerslachtoffers haalt hij zijn schouders op. Hij kent ze niet, wil ze niet kennen. Het is een 'ingecalculeerd risico', zo houden zijn generaals hem voor. En de rest stoppen we in een gevangenisbaai waar de zon nooit binnen schijnt.
En vergeet het vierde van die tien geboden, die u als goed christen zeker kent.
Voorwaarts
En nu moeten we weer voorwaarts, richting Iran deze keer. 'Dood aan de vijand Amerika' klinkt het elke vrijdagmiddag tijdens een gebed dat meer een vervloeking is, niet alleen van de Man in het Witte Huis, maar vooral van hun eigen religieuze waanzin. Zij mogen geen atoomwapens bezitten, dat mag alleen Amerika, en een paar van zijn beste vrienden, of vijanden, dat maakt op zich niet zoveel uit. Zij mogen niet wat Amerika wel mag, met als garantie en belofte dat het Land van de Vrijen hier nooit misbruik van zal maken, zoals eens op die steden in Japan.
Denk maar niet aan al die jonge frontsoldaten, eenzaam stervend in de verre tropennacht.
Ik zit in Verdun op de camping en om mij heen zie ik het landschap dat met zinloos bloed besmeurd is. Ik zit in Verdun en lees de krantenberichten. Ik kijk naar het westen en zie nog steeds presidenten en premiers rustig slapen in de nacht. Ik zie de doden elke nacht uit hun graven opstaan en ze kreunen: 'Nooit, nooit meer oorlog'. En dan valt de nacht.
Frank Bosman is cultuurtheoloog