Wijkverpleging loopt vast door uitgestelde zorg

“Het loopt op alle fronten vast”, vertelt Jos de Blok. In Nieuws & Co zegt hij dat hij en zijn teams het steeds moeilijker krijgen met het bieden van zorgen. Hij houdt zijn hart vast voor de komende aantal weken. “Ik denk dat het de komende weken crisis wordt.”

Crisis

Er zijn een aantal dingen die ervoor zorgen dat het steeds lastiger wordt voor de wijkverpleging om hun werk te doen. De teams kampen met een oplopend ziekteverzuim “Soms zijn halve teams ziek”, vertelt De Blok. Daarnaast kloppen er steeds meer patiënten aan bij de wijkverpleging. “Ziekenhuizen zijn steeds meer bezig met het verzorgen van covidzorg, dat zorgt er voor dat er meer werk is voor ons.” Het krijgen van meer patiënten, zou normaal gesproken geen probleem zijn, alleen zijn het er dit keer zo veel tegelijk dat de teams het niet meer aan kunnen. "De wijkverpleging zit vol."

^Houdbaar

Er zit bij sommige teams een stop op het aannemen van cliënten. De Blok kijkt of er samengewerkt kan worden met andere organisaties, zodat de zorg verdeeld kan worden. Ook kijken ze of bekende patiënten even met minder zorg kunnen doen “Er wordt goed samengewerkt en er worden allerlei dingen bedacht.”

Maar, volgens hem, is het geen houdbare situatie. “Er was een huisarts die samen met een verpleegkundige in hun eigen tijd bij een terminale patiënt gingen kijken, omdat het niet anders kon.” Het voelt voor De Blok aan alsof alle aandacht voor de zorg richting de ziekenhuizen gaan en er niet genoeg wordt gekeken naar de zorg in de wijken, tussen de mensen zelf.

Oplossing

“Ik mis vooruitzicht na twee jaar ervaring met corona”, vertelt De Blok. Een oplossing komt er niet voor de zorg in de komende drie tot vier weken. “Ik mis gewoon het vooruitkijken naar de komende maanden en de vraag: hoe kunnen we daarop anticiperen?” Hij vind het ook nodig dat er veel sterker moet worden ingegrepen. “Ik verwacht echt crisis in de komende drie tot vier weken. Mensen staan onder druk en het wordt enorm onderschat door de Tweede Kamer.”