'Geloof en wiskunde passen bij uitstek bij elkaar'

Voor Jan Beuving, die opgroeide in een christelijk gezin, is zijn geloof een constant vraaggesprek. Toch is het de cabaretier nooit gelukt om niet te geloven: "Ik begrijp niet-gelovigen heel goed, maar het geloof zit verankerd in mijn systeem. Ik vind het eigenlijk heel fijn om dat te hebben, want het relativeert het bestaan als mens."

Wiskunde bestaat niet

Het feit dat hij wiskundige is, is volgens Beuving daarbij juist niet vreemd: "Geloof en wiskunde passen bij uitstek bij elkaar. Wiskunde is eigenlijk ook iets wat niet bestaat, het is er alleen als waarheid." Als voorbeeld noemt de wiskundige een kubus: "Dat is een wiskundig begrip, maar op aarde bestaat de perfecte kubus niet. Je hebt het perfecte wiskundige idee en het aardse is daar alleen maar een afspiegeling van."

Voor Beuving zijn geloof en wetenschap daarmee twee wielen van dezelfde fiets: "Je hebt ze allebei nodig. Tenzij je een eenwieler hebt, daar zijn ook heel veel mensen tevreden mee." Tegelijkertijd kan de cabaretier niet precies zeggen in welke god hij gelooft: "Ik geloof vooral dat we wat wij hier meemaken, niet tot het laatste getal achter de komma begrijpen kunnen. Maar je moet geloof niet tot op het bot bevragen, want dan blijft er weinig van over."

Ademhaling

Vaste gast en theoloog Stefan Paas herkent zich in dit beeld van geloven: "Ik vergelijk het met mijn ademhaling, het moet automatisch gaan. Op het moment dat je erover praat en nadenkt gaat het stokken. Dat is ook met geloof zo: je kan er wel over praten of nadenken, maar je doet het altijd tekort."

Volgens de theoloog bestaat die worsteling ook voor mensen die niet geloven: "Ik vraag wel eens aan niet-gelovigen: 'Leg eens uit wat je wel gelooft, hoe sta je in het leven?' Dan gaan mensen ook hakkelen, want het is altijd makkelijker om iets onderuit te halen, dan iets op te bouwen."

Afkalving

In zijn huidige theatervoorstelling Restante reflecteert Beuving ook op deze thematiek: "In de voorstelling gaat het over de vraag wat je doet als je lid van iets bent dat afkalft. Blijf je volhouden en geloven in de idealen, of denk je: die andere mensen zullen allemaal gelijk hebben. Dan komt er zo’n punt dat het gewoon over is."

Is het volgens Beuving dan ook over met het geloven in God? "Ik denk het niet, maar dat hangt ervan af wat je definitie van geloof is. Ik denk dat de kerk een instituut is dat het misschien wel zwaar gaat krijgen, maar het fenomeen waarbij je eigenlijk zegt: 'er is meer dan wij eigenlijk kunnen bevatten', is diep menselijk."