In 'Pauwl' wordt een wrede lachspiegel voorgehouden
- Nieuws
- In 'Pauwl' wordt een wrede lachspiegel voorgehouden
[AVROTROS] Onno Blom (1969) was literair redacteur bij Trouw en is tegenwoordig werkzaam als freelance journalist en als literair criticus, o.a. voor de Volkskrant. Schrijven doet Onno Blom ook, zo schreef hij de boeken Het fotografisch geheugen en Zijn getijdenboek, een geïllustreerd biografisch portret van Harry Mulisch. Momenteel werkt hij aan de biografie over Jan Wolkers.
Erik Jan Harmens, Pauwl, Lebowski
In de verantwoording van Pauwl, de nieuwe roman van dichter-schrijver Erik Jan Harmens, wordt nadrukkelijk vermeldt dat het ‘een werk van fictie’ is. Toch heeft Harmens, wiens werk een sterk autobiografische inslag heeft, het opnieuw dicht bij huis gehouden. Hij bedankt zijn zoon Julian voor het aandachtig meelezen en de waardevolle adviezen. Julian is autistisch.
Pauwl bevat het verhaal van een 34, bijna 35-jarige autist die Paul Pielage heet en die constateert dat niemand zijn naam correct kan uitspreken. Marco, zijn begeleider in De Driemaster, het ‘gezinsvervangend’ tehuis waar hij woont, noemt hem ‘Pauwl’. Ziedaar de titel.
Paul is geen freak of wonderboy, zoals in de film Rainman of Marc Haddons veelgeprezen Het wonderbare voorval met de hond in de nacht. Die ‘hebben’ Asperger. Paul heeft PDD-NOS. ‘Het is een vergaarbak, de categorie Overige. Eigenlijk kan ik dus niet zeggen: “Ik heb PDD-NOS,” want je hébt natuurlijk niet de categorie Overige: een categorie, daar zit je in.’
Erik Jan Harmens is in het hoofd van een ‘normale’ autist gekropen. Op nuchtere, misschien moet ik zelfs zeggen: ontnuchterende toon doet Paul verslag van wat hij een dag lang ziet en ervaart. De romanhoofdstukken hebben geen titels, maar getallen. Paul kan het niet laten om op de klok te kijken en rekent dwangmatig alles uit. Als hij niet exact op tijd kan doen wat hij altijd doet – de dag begint om 5.30 zodat hij een uur heeft om zich voor te bereiden op de wekker – loopt zijn hele dag in het honderd. Zijn baardagaam ontsnapt, hij komt te laat op zijn werk bij de plantsoenendienst en slaagt er niet in om op tijd naar de WC te gaan.
Paul rekent niet alleen, maar neemt ook alles letterlijk. Hij moet erom lachen dat zijn bed ‘een twijfelaar’ wordt genoemd. Of hij lacht om het woord washandje. ‘Ik was me met m’n washandje.’ Ook vindt hij dat de titel van de muziekzender niet 100% NL zou moet heten maar 95% of 96% NL omdat ze soms ook een buitenlandse plaat draaien. En kan je wel van een ‘navulverpakking’ spreken als je nooit de originele verpakking hebt gekocht?
Hij is gek op een jonge medebewoonster van De Driemaster, Carol. ‘Ze is heel knap, maar ik ben bijna twee keer zo oud (47,06 procent), dus ik denk niet dat het wat wordt. Ik zou haar vader kunnen zijn, zei Marco, terwijl ik daarvoor toch echt met Carols moeder naar bed geweest zou moeten zijn.
Ik heb een aantal malen hard moeten lachen om de letterlijke wijze waarop Paul de wereld om zich heen leest, maar even zo vaak is het lachen mij vergaan. Op ontroerende, volstrekt onsentimentele wijze weet Harmens voelbaar te maken onder welke intense druk zijn autistische held staat. Hoe moeilijk het is om te overleven als je hoofd voelt als een volle lift waar niemand meer bij kan.
Soms wordt het Paul teveel. Als hij het gevoel heeft dat er een loopje met hem wordt genomen – iemand overtreedt de regels die hij heeft gesteld – of aan zijn kop wordt gezeurd krijgt hij wel eens zin om de haak uit een mixer te trekken en iemand de ogen uit te steken. ‘In plaats van de haak uit de mixer te trekken zei ik: “Ik zal kijken wat ik voor je kan doen.” Eigenlijk is dat hetzelfde als nee zeggen, alleen klinkt het vriendelijker.'
Dat is het allermooiste van de roman: door de blik van de autistische ‘Pauwl' te volgen, voel je hoe ingewikkeld en onecht de wereld van de zogeheten normale mensen eigenlijk is. Erik Jan Harmens houdt ons een wrede lachspiegel voor.
Maria Barnas, Altijd Augustus, Van Oorschot
De roman Altijd Augustus van Maria Barnas is een poëtisch pleidooi voor de verbeelding. Een pubermeisje, verlaten door haar vader en slecht begrepen door haar moeder, ontdekt de wervelende kracht van het woord.
Katie Roiphe, Het uur van violet, Hollands Diep
In Het uur van violet beschrijft de Amerikaanse essayiste Katie Roiphe op aangrijpende, intieme wijze het stervensproces van grote schrijvers en denkers als Susan Sontag, Sigmund Freud en Dylan Thomas. Roiphe bezweert daarmee niet de angst voor de dood, maar wel haar angst voor de angst van de dood.
Luister de Boekenrubriek terug