Schrijver Kees 't Hart: 'Het gaat mij altijd om het plezier van het schrijven'
- Nieuws
- Schrijver Kees 't Hart: 'Het gaat mij altijd om het plezier van het schrijven'
Kees ’t Hart debuteerde in 1988. Vele romans, essays, poëzie en vertelsels later verschijnt er nu een nieuwe bundel: Victorien, ik hou van je. Een bundel vol ontboezemingen en geheimen van een schrijver die nieuwsgierig zoekt naar een opgewekt leven. "Schrijven is een vorm van zelfreflectie, maar ik schrijf niet om mezelf beter te leren kennen. Dat vind ik zo'n cliché", vertelt de schrijver in Kunststof.
Kunststof - Kees 't Hart, schrijver
Kees 't Hart maakt er een gewoonte van al zijn boeken op te dragen aan zijn vrouw, kunstenares Euf Lindeboom. Zij maakte ook het schilderij dat de cover van zijn nieuwste boek siert. 't Hart: "Ik heb ze vandaag eens geteld, het zijn er inmiddels 23. Alleen mijn voetbalboek over Heerenveen, Het mooiste leven, is de uitzondering; dat heb ik aan mezelf opgedragen."
Ouwehoerpraat
"In het dagelijks leven ben ik er minder goed in, maar in mijn boeken kan ik moeiteloos overgaan op ouwehoerpraat", vertelt de schrijver. "Maar altijd met structuur. Met tragiek en dromerigheid. De humor komt er redelijk vanzelf in, heel dramatisch zal het in mijn verhalen nooit worden."
Liefhebber van Bouquetreeks
't Hart: "Je had in de jaren '60 winterboeken, met tekeningen, puzzels en korte verhalen. Ik hou van dat genre. Net zoals ik van Bouquetreeks-boekjes houd. Voor deze bundel heb die vorm aangehouden en staan er verhalen in heel verschillende vormen in. Ik heb geput uit oude verhalen en die herschreven, er zijn nieuwe verhalen, maar er is geen rode draad, althans dat was niet de bedoeling. Het gaat mij om het plezier van het schrijven."
Victorien, ik hou van je
"In de jaren '80 stond die uitroep opeens op de brug over de Waal bij Nijmegen. Iemand is daar in een pijler geklommen en heeft het erop gekalkt. Op een onmogelijke plek, na twaalf jaar was het verdwenen bij een opknapbeurt. Maar zoveel mensen hebben het gezien. Ik was nieuwsgierig naar het verhaal erachter. Ik kende de zus van de vrouw om wie het ging en ben het gaan uitzoeken."
Ode aan dromerigheid
"Schrijven is een vorm van zelfreflectie, maar ik schrijf niet om mezelf beter te leren kennen. Dat vind ik zo'n cliché. Ik ben iemand die graag en langdurig droomt. Het schrijven is een methode geworden om dromerig te kunnen blijven, om niet rationeel te hoeven zijn. Overigens zonder dat het vaag wordt. Ik schuif realisme en dromerigheid in elkaar."
"Volgens de freudiaanse theorieën zal het een vorm van afweer zijn. Maar in mijn verhalen gaat het er niet om dat ik inzicht wil hebben in mensen, ik wil de onduidelijkheid juist laten bestaan. Ik wil ze niet terugbrengen tot één eigenschap. Daar is de psychologie van de mens veel te ingewikkeld voor. Maar ik verdom het ook. Dat is kitsch en daar ga ik van schreeuwen."