Spookstad op Cyprus geopend voor toeristen: 'Het is walgelijk, ze verdienen geld aan ons verdriet'

De Grieks-Cyprioten willen niets liever dan terug naar de dorpen en steden die ze 47 jaar geleden moesten verlaten toen de Turkse troepen kwamen. Eén van die plekken is de wijk Varosha, bij de kustplaats Famagusta. De Turkse troepen hadden alleen de opdracht gekregen de Turks-Cypriotische wijken in te nemen en dus kwam er een hek om die Grieks-Cypriotische wijk.

Tegen alle resoluties van de Verenigde Naties in, knipten de Turkse autoriteiten vorig jaar een gat in het hek. Het is nu opengesteld als een soort pretpark: Toeristen kunnen in twee straten van de spookwijk fietsen huren en selfies maken bij de met onkruid overgroeide gebouwen, tot groot verdriet van de voormalige bewoners. Zij mogen nog altijd hun huizen niet in.

''Het is walgelijk, ze verdienen geld aan ons verdriet'', zegt de Grieks-Cypriotische Christos Ioannides bij een emotioneel bezoek aan de wijk. Het liefst zou hij er weer gaan wonen en nooit meer weggaan.

In de VN-bufferzone die een scheidingslijn vormt tussen het noorden en het zuiden en die moet voorkomen dat de Turken en Grieken elkaar weer in de haren vliegen, ontmoet Vermeulen twee vluchtelingen uit Kameroen.

Ze ontvluchtten de burgeroorlog in hun land, maar werden gesnapt bij hun poging om via de Turks-Cypriotische kant van het eiland Europa te bereiken. Daar zitten ze nu al ruim vier maanden, met slechts een tentje en wat kruiden van thuis. Omdat niemand ze wil helpen, zitten ook zij vast in niemandsland.