Een groot deel van ons slavernijverleden in Azië is weggelaten uit ons collectief geheugen
- Nieuws
- Een groot deel van ons slavernijverleden in Azië is weggelaten uit ons collectief geheugen
We worden in Nederland steeds bewuster van ons slavernijverleden. Denk bijvoorbeeld aan Ketikoti op 1 juli, waar het afschaffen van de slavernij in Suriname en de Nederlandse Antillen wordt herdacht. Maar volgens media- en cultuurwetenschapper Reza Kartosen-Wong is onze collectieve herinnering over het slavernijverleden veel te eenzijdig. Zo wordt het Nederlandse aandeel in de slavernij in Azië vaak vergeten, vindt ook schrijver Reggie Baay. "Terwijl de slavernij in 'De Oost' omvangrijker is geweest en langer duurde dan in 'De West'", zegt hij in De Nieuws BV.
Video niet beschikbaar
Kartosen-Wong geeft aan dat er in Nederland al meer bewustwording is over ons slavernijverleden, maar dat de focus vooral ligt op de trans-Atlantische slavenhandel tussen Suriname en Afrika. Dit terwijl de slavernij in Azië, onder Nederlands bewind, heel omvangrijk was en we daar in ons collectief geheugen niets van terug zien.
Baay herkent zich in de uitspraken van Kartosen-Wong. "Als je iemand vraagt: Wat is het Nederlandse slavernijverleden? Dat beperkte zich dat altijd tot 'De West', zo is ons dat ook onderwezen." Baay, die het boek 'Daar Werd Wat Gruwelijks Verricht' over het Nederlandse slavernijverleden in Azië schreef, geeft aan dat slavernij in 'De Oost' ook langer heeft geduurd dan in 'De West'. "Het is een heel raar fenomeen dat een bepaald deel van onze slavernijgeschiedenis weggelaten is uit ons collectief geheugen."
Om deze inhoud te tonen moet je toestemming geven voor social media cookies.
Narratief en schaamte
Volgens de schrijver heeft het ontbreken van deze geschiedenis in ons geheugen verschillende oorzaken. Zo heeft de internationale samenwerking van de trans-Atlantische slavenhandel veel bijgedragen aan de zichtbaarheid in onze (Europese) geschiedenis. De slavenhandel in Azië was veel meer besloten. Ook stipt Baay het verschil in narratief aan tussen de twee. Denk je aan 'De West', dan denk je aan slavenhandel. 'De Oost' wordt geassocieerd met handel in kruiden en specerijen. "Maar om die handel te maken, waren slaven nodig. Hierdoor werd slavenhandel in Azië een bijhandel", aldus Baay.
Kartosen-Wong vult aan dat de Surinaamse en Antilliaanse gemeenschap zich al jaren enorm uitspreekt, veel minder dan de Aziatische gemeenschap. Dit komt volgens de mediawetenschapper omdat weinig nazaten van Indonesische tot slaaf gemaakten in Nederland wonen. "Er zijn wel veel inwoners van Indische afkomst, maar die hoor je niet." Volgens Kartosen-Wong heeft dit te maken met het feit dat de oudere generatie het idee hebben geïnternaliseerd dat hun Europese afkomst beter is dan hun Indonesische achtergrond. Dit hangt volgens Kartosen-Wong samen met schaamte, dat bijdraagt aan het wegkijken van het slavernijverleden.
Jongere generatie
Toch ziet de mediawetenschapper wel een kentering bij de jonge Indische Nederlanders die wel kritisch bezig zijn met deze geschiedenis. Kartosen-Wong is hoopvol als het over verandering en erkenning van het slavernijverleden in Azië gaat, maar erkent ook dat er nog een lange weg te gaan is.