‘Ik dacht dat ik geboren was om misbruikt te worden’

“Er woonde een meisje bij ons aan de overkant van de straat. Ik speelde graag met haar. Op een gegeven moment riep haar moeder ons: ‘wie het eerst hier is, krijgt een snoepje!’ Ik was als eerste dus ik kreeg een snoepje. Het buurmeisje mocht vast de kelder in en ik kreeg een prinsessenjurk aan. Beneden in de kelder was de vader van het meisje en nog een man, ze stonden achter de camera. We mochten op bed gaan springen. De prinsessenjurk mocht niet vies worden, dus die moest uit. De rest van de kleren op een gegeven moment ook..."

Zo begint het verhaal van Vicky Bergman (48). Ze is drie jaar als ze voor het eerst met seksueel misbruik te maken krijgt.

Lees hier het uitgebreide verhaal van een kinderpornoslachtoffer.

Onderzoek

Zeventig procent van de slachtoffers is bang voor herkenning. Volgens Nationaal Rapporteur Geweld tegen Kinderen, Corinne Dettmeijer, is de angst gegrond: "Het onderzoek laat zien dat 30% van de slachtoffers ook daadwerkelijk is herkend. Dat er beeldmateriaal van het misbruik circuleert is voor hen zwaar. De slachtoffers kunnen het niet achter zich laten." Dettmeijer reageert vandaag in Radio EenVandaag.

Het is voor het eerst dat er internationaal onderzoek is gedaan naar de ervaringen van slachtoffers van kinderporno. In totaal hebben 150 slachtoffers meegewerkt. Bijna de helft daarvan komt uit Nederland. Bij 56% begon het misbruik tussen nul en vier jaar. Bij ruim de helft van deze groep duurde het misbruik voort tot in hun volwassenheid. Volgens Dettmeijer is het opmerkelijk dat bijna 50% van de slachtoffers is misbruikt door meerdere daders die samenwerkten.