Binnenland
BNNVARA

Geen oranje tompouce maar oranje baksteen: de rellen op Koninginnedag 1980

foto: ANPfoto: ANP
  1. Nieuwschevron right
  2. Geen oranje tompouce maar oranje baksteen: de rellen op Koninginnedag 1980

Koninginnedag 40 jaar geleden stond heel Amsterdam op scherp vanwege de angst voor rellende krakers. Joop van Riessen, destijds commandant Binnenstad bij de politie, vertelt in De Nieuws BV: "De kroning moest doorgaan, wat er ook gebeurde."

Video niet beschikbaar

Op Koninginnedag in 1980 werd door krakers de oranje baksteen verkozen boven de oranje tompouce. In de tijd voorafgaand aan Koninginnedag liep in Amsterdam de spanning steeds hoger op. Jan Mom deed verslag voor Radio STAD Amsterdam en vertelt in De Nieuws BV dat een maand eerder een "spectaculaire ontruiming" plaatsvond aan de Vondelstraat: "Dat gebeurde met militaire tanks, dat was nog nooit vertoond."

Woningnood en leegstand

"Er was al heel lang onvrede over de woningnood en leegstand. De acties werden steeds grimmiger. En vooral ook na die ontruiming aan de Vondelstraat was er grote boosheid bij de kraakbeweging. Allebei de partijen, zowel de politie als de krakers, stonden op die dertigste april op scherp, al aan het begin van de dag. Die waren klaar voor het ergste."

"Het was 'het feestje dat Wiegel wilde', zo noemden de krakers het", zegt Mom. "Wiegel zei: 'de regering is de baas en de krakers gaan niet bepalen wat er wel en niet gebeurt.'" Er ontstond namelijk discussie of de kroning niet beter in Den Haag kon plaatsvinden.

"Dat wilden ze per se niet. Alles moest eraan gedaan worden om te voorkomen dat de demonstranten op de Dam terechtkwamen, waar het feestje zich afspeelde."

De tanden laten zien

In de binnenstad van Amsterdam stonden 40 jaar een boel panden leeg. "Er was een enorme verwaarlozing van de binnenstad," zegt Annegriet Wietsma. Zij was destijds onderdeel van de kraakbeweging. "In die tijd was de Amsterdamse binnenstad de arena van ongebreideld graaien, van rücksichtslos anti-maatschappelijk zijn, zoals ik dat nu even noem."

Aan die leegstand moest wat gebeuren. Dus, op die lege panden doken zowel mensen die geld hadden, als krakers. "De krakers dachten dat ze daar beter konden wonen dan mee speculeren", zegt Wietsma. "Dat is eigenlijk het begin geweest van de kraakbeweging en de dertigste april was een moment van 'we moeten onze tanden laten zien, we hebben tien jaar niets gedaan en we laten ons niet meer eruit slaan'."

Ook binnen de kraakbeweging zorgde dat voor hevige discussies. Wietsma: "Er waren mensen die zeiden 'de kraakbeweging staat voor kraken'. Maar, in aanloop naar 30 april was toen opeens het idee van een aantal mensen 'de kraakbeweging moet gewoon zijn tanden laten zien', dat was echt een waterscheiding."

Anti-Oranje demonstratie

Aanvankelijk werd er ook gekraakt op die dag, aan de Bilderdijkstraat. Daarnaast, eerder die dag, werd de woede onder de kraakbeweging meer, en grootschaliger, aangewakkerd. Wietsma: "Aan de Bilderdijkstraat was veel ME inzet en dat werd zo uit elkaar geslagen dat, tot mijn verdriet, heel veel mensen die ik goed kende ook mee gingen doen aan de anti-Oranje demonstratie."

'De kroning moest doorgaan'

"Dit zou niet een normale dag worden, dat wisten we van tevoren," zegt Joop van Riessen. Tijdens de kroning was Van Riessen 'commandant Binnenstad'. In de dagen naar de kroning toe bereidde hij zich al voor want de spanning liep op, "we wisten, het zou een vorm van oproer worden. Niet alleen kraken maar Amsterdam zou zijn tanden laten zien."

"Eén ding hebben de mensen nooit geweten," zegt van Riessen, "ik had ook de opdracht gekregen, dat wat er ook gebeurde, de kroning moest doorgaan. Wat er ook gebeurde. Als het echt fout zou gaan en als echt de massa toch de kroning in de Nieuwe Kerk zou gaan verstoren, dan moest ik tot het uiterste redmiddel overgaan. Dan moest ik de opdracht geven om te schieten. Dat is verschrikkelijk."

Om deze inhoud te tonen moet je toestemming geven voor social media cookies.

Doodsbenauwde agenten op het Rokin

Er ontstonden rellen op de Kinkerstraat waarna er rellen volgden op het Waterlooplein en op het Rokin. Bij het Rokin was Van Riessen zelf aanwezig. Hij en andere agenten in normaal uniform - geen ME - vormden op de hoek van de Dam en het Rokin een linie. Een grote groep demonstranten komt die kant op maar stopt 50 meter voor de linie die de agenten hadden gevormd.

"Weet maar dat de agenten doodsbenauwd zijn geweest," vertelt van Riessen, "want die zagen de massa op zich afkomen. Ik was doodsbenauwd dat ik opdracht moest geven dat ze moesten schieten. Maar, het gebeurde niet. De massa kwam tot stilstand, het heeft daar denk ik wel 10 minuten zo tegenover elkaar gestaan." Toen de ME later arriveerde, gingen de rellen weer los. Maar, de krakers kwamen er niet doorheen: ze bereikten de Dam niet.

De opdracht tot schieten heeft Van Riessen niet hoeven geven en het mag bijna een wonder genoemd worden dat er geen doden zijn gevallen. Het was daarnaast ook het einde van de populariteit van de kraakbeweging.

Om deze inhoud te tonen moet je toestemming geven voor social media cookies.

Waarom is er geen nieuwe kraakbeweging?

Wietsma: "Ik ben altijd trots geweest op wat de kraakbeweging toen was en wat het heeft bereikt. Het graaigedrag is wederom in de binnenstad zo verschrikkelijk groot geworden. Dan vraag ik me echt af, waarom is er geen nieuwe beweging die daar wat aan doet?"

"Dat hoeft niet met rellen, hoeft ook niet met kraken, er zijn ook andere vormen. Maar niemand doet het meer, niemand durft het meer, iedereen zit in zijn eigen etage voor 1500 euro. Wat is er aan de hand met de mensen?"

Meer van De Nieuws BV?

Volg ons op Instagram, Facebook en Twitter.

Ster advertentie
Ster advertentie