Ongedocumenteerden in Rotterdam stappen naar de rechter na beëindigen bed-bad-broodregeling

Maarten Goezinnen van het Rotterdams Ongedocumenteerden Steunpunt, dat een deel van deze mensen opvang biedt, was vandaag aanwezig bij de rechtszitting. "Er waren veel cliënten, begeleiders, raadsleden en media aanwezig", vertelt Goezinnen. "Dat geeft een warm gevoel, maar het laat ook zien hoe urgent de situatie is en dat we dit niet zomaar kunnen laten gebeuren."

De Landelijke Vreemdelingen Voorziening (LVV) voorziet in opvang van ongedocumenteerden, legt Goezinnen uit. "Het gaat om opvang in de meest basale vorm, wat we de bed-bad-broodregeling noemen. Dat is wat het is, met wat extra begeleiding om mensen richting een duurzame toekomst te helpen en ze van de straat te houden. Maar het is een heel sobere regeling", aldus Goezinnen.

Begeleiding

De locatie in Rotterdam beschikt momenteel over 45 bedden. "Dat is een buitengewoon laag aantal en bijna alle bedden zijn bezet", aldus Goezinnen. De mensen die daar verblijven zijn ongedocumenteerd en hebben geen vangnet. "Ze hebben opvang nodig, anders belanden ze op straat. Daarnaast hebben ze begeleiding nodig richting een duurzame oplossing. Voor sommigen is dat terugkeer naar het land van herkomst, voor anderen is er juridisch perspectief op het verkrijgen van een verblijfsvergunning."

Goezinnen is ervan overtuigd dat ze een sterke zaak hebben tegen de gemeente Rotterdam. "Deze opvang is niet de taak van de gemeente, maar van de Rijksoverheid. Minister Faber is hiervoor verantwoordelijk. We willen het signaal afgeven dat zij de financiële middelen moet doorzetten, zodat ongedocumenteerden ook na 1 januari 2025 geholpen kunnen worden."

Dienst Terugkeer en Vertrek

Minister Faber stelt dat ongedocumenteerden terecht kunnen bij de Dienst Terugkeer en Vertrek, bijvoorbeeld in Ter Apel, voor opvang en terugkeer. Maar Goezinnen noemt deze plekken "een soort gevangenis", waar mensen opgesloten zitten en alleen gefocust wordt op terugkeer. "Veel mensen zitten niet in het traject voor vrijwillige terugkeer, maar in het juridische traject richting een verblijfsvergunning. Het is dus niet de juiste plek." Ook is er volgens Goezinnen geen plek: "De opvangcapaciteit is zeer beperkt en er is geen ruimte voor honderden extra mensen."

Voorlopig richt Goezinnen zich op het aanvragen van een voorlopige voorziening. "We willen voorkomen dat mensen per 1 januari op straat komen te staan; dat is ons belangrijkste doel", zegt hij. "In tweede instantie willen we via de rechter duidelijk maken dat de minister verantwoordelijk is voor deze opvang en dat zij, door geen zorg te dragen voor minimale basisvoorzieningen, in strijd handelt met Europese wet- en regelgeving."