Hoe een Rotterdamse crimineel uitgroeide tot internationale drugsbaas

"Hij is lang onzichtbaar geweest", zegt misdaadverslaggever Meeus die voor het tweede seizoen van de podcastserie Cocaïnekoorts onderzoek doet in binnen- en buitenland. "In 2018 werd zijn naam voor het eerst groot in de Telegraaf genoemd." Volgens Meeus is de opkomst van Costa interessant omdat het gelijke tred houdt met de periode waarin Nederland uitgroeide tot dé draaischijf in de cocaïnehandel wereldwijd.

De vijftigjarige Costa dankt zijn naam aan de drie jaar die hij in Costa Rica doorbracht. Hij wordt verdacht van omvangrijke cocaïnehandel (o.a. via ananasplantages) en hij wordt beschouwd als opdrachtgever van de martelkamers die werden gevonden in Wouwse Plantage.

Colombiaans vacuüm

Voorheen hield vooral de Italiaanse maffiaclan de Ndrangheta zich bezig met drugssmokkel vanuit Latijns-Amerika naar Europa, vertelt Meeus. Toen door het vredesproces met de FARC contacten werden verbroken en de Amerikanen stopte met het platbranden van de cocaïneplantages in Colombia, ontstond er een machtsvacuüm en een overvloed aan coke.

Nederlandse drugscriminelen zoals Piet Costa zijn "op deze golf meegesurft", vertelt Meeus, die dit proces in de podcast uitlegt met behulp van een journalist van het Amerikaanse onderzoeksplatform Insight Crime.

'Snoepje'

Piet Costa heeft volgens Meeus lang onder de rader kunnen blijven omdat hij vooralsnog niet in verband werd gebracht met liquidaties. "Piet werd een snoepje genoemd. Als er van hem gesteeld werd, dan maakte hem dat niet veel uit." Tot het moment dat iemand 100 miljoen euro stal, zegt Meeus. "Daar is het conflict uitgeroeid waarvoor hij volgens politie en justitie die martelcontainer heeft gebouwd."

Luister het hele gesprek met Jan Meeus terug. De podcast Cocaïnekoorts is vanaf woensdag 26 januari 2022 te beluisteren via NRC.