Strafpleiter Willem-Jan gooide het roer om
- Nieuws
- Strafpleiter Willem-Jan gooide het roer om
Ruim 25 jaar is Willem-Jan Ausma strafpleiter, hij behoorde tot de top van de beroepsgroep en trok altijd alles uit de kast in de strijd om zijn cliënten vrij te krijgen. Maar dat begon steeds meer aan hem te knagen. Hij besloot het roer om te gooien en zich terug te trekken uit de wereld van de georganiseerde criminaliteit. Nu probeert hij als coach daders en slachtoffers met elkaar in gesprek te brengen.
Hij schreef er het boek 'Wat is waarheid' over.
Want zijn rol op dezelfde manier blijven uitoefenen, dat zag hij niet meer zitten: "Als je van tevoren al een beetje weet hoe de hazen gaan lopen en jouw klant wil daar niet in mee, dan vraag je je soms af wat je er staat te doen. Je staat dan voor de bühne een verhaal op te hangen, terwijl je weet dat het bewijs er is. Je ontkent tegen beter weten in en krijgt dan de volle mep", zegt hij bij NOS Met het Oog op Morgen.
Video niet beschikbaar
"Hou maar je mond"
Ausma zag jarenlang geen graten in die manier van werken: "In het begin van mijn carrière deed ik het hoe anderen het ook deden: dat is het belang van de cliënt voorop zetten. Daar hoort ook bij dat je hem wijst op zijn zwijgrecht. Zo is het mij geleerd en dat is ook wat veel verdachten willen. Die willen ergens onderuit komen of met een hele lage straf ermee weg komen. Jokken, daar schiet je niks mee op want dat gaat tegen je werken. Dus als je geen verhaal hebt, is het een logisch advies om te zeggen ‘hou dan maar je mond’ en dan zien we aan het einde van de rit wel hoe de vlag erbij hangt. Misschien kunnen we vanuit die positie nog wat doen."
Grotere rol nabestaanden
Maar toen hij de verdachte in de zaak Nadia van de Ven vertegenwoordigde, kwam er een klik: "De nabestaanden hebben in de afgelopen jaren een steeds grotere rol gekregen. En dit was een van de zaken waarin ze zelf nog geen spreekrecht hadden, maar hun verklaring werd wel voorgelezen. Als je dat vervolgens gewoon binnen laat komen, dan zie je ook wat dat met mensen doet. En dan zit er zo’n verdachte die eigenlijk met een onzinverhaal aankomt en daar moet jij dan in meegaan. Ja, dat blijf je niet tot je pensioen doen."
Het kan ook anders
Toch was dat geen evidente verandering: "Als je je vak goed wil uitoefenen en de top wil halen, dan moet je je geweten aan de kant zetten want anders kun je die zaken niet doen. Dat heb ik ook heel lang gedaan. Je kunt het vak hard spelen, maar het kan volgens mij ook anders."
Nu durft hij zijn cliënten op een andere manier aan te spreken: "Je moet ook gewoon eerlijk zijn tegen zo’n klant en zeggen ‘er ligt nu zoveel bewijs, je komt niet weg met het vertellen van een sprookje waar niemand in gelooft’. Ik blijf dus wel advocaat, met name voor verdachten waar ik wel wat mee kan. Verdachten die spijt hebben, die uitleggen hoe ze tot hun daad zijn gekomen en er vervolgens ook alles aan willen doen om het leed voor nabestaanden en slachtoffers te verzachten."
Een verandering die hij ook bij het Openbaar Ministerie ziet: "Die zijn natuurlijk altijd van de harde lijn, die halen alles uit de kast om een verdachte veroordeeld te krijgen. Maar ik zie ook dat een aantal mensen een ommezwaai maakt en het juist in het voordeel van de cliënt is om eerlijk te zijn."