Jillert Anema blikt terug op 'matchfixing-affaire': 'Ik zou het zo weer doen'
- Nieuws
- Jillert Anema blikt terug op 'matchfixing-affaire': 'Ik zou het zo weer doen'
“Het komt niet eens in de buurt van matchfixing. Ik zou het zo weer doen.” Zo blikt schaatscoach Jillert Anema terug op de matchfixing-aantijgingen, vorig jaar beschreven in de Volkskrant. Het nieuws dat Anema in Sotsji een officiële waarschuwing zou hebben gehad tijdens de Olympische Spelen in 2014 sloeg vorig jaar in als een bom - precies op de dag dat zijn pupil Jorrit Bergsma de 10 kilometer in het Zuid-Koreaanse Gangneung moest rijden. Voor het eerst doet Anema uitgebreid zijn verhaal in Dit is de Dag.
Anema heeft sinds die publicatie altijd gezwegen. “Ik ben fysiotherapeut. Stel dat een vrouw zou zeggen: hij heeft met z’n hand in m’n kruis gezeten, wat moet ik dan nog? Er is geen verdediging mogelijk. Maar ik ben nergens schuldig aan.” Anema is geadviseerd niks te zeggen over de kwestie, maar wil nu ‘exact vertellen wat er gebeurd is. ‘
Het verhaal van Sotsji volgens Anema: “De belangrijkste rijder van het Franse team - dat ik met goedkeuring van de Nederlanders begeleidde - was ziek. Alexis Contin had een schildklierprobleem en was niet fit. De Russen lachten hem uit. Maar er zijn acht ploegen die meedoen en de Fransen hoorden daar echt bij. En ook als je laatste bent, krijg je een diploma, dus ik heb gezegd: als je rijdt, heb je een diploma.”
Contin zei volgens Anema toen: “Nederland haalt ons in twee rondjes in. Jij moet de Nederlanders vragen of ze ons willen respecteren door achter ons te blijven en ons niet te vernederen.”
Anema vervolgt:
“Bij de koffie vroeg Arie Koops (de bondscoach van de Nederlandse achtervolgingsploeg red.) waar iedereen bij stond: Hoe staan de jongens er voor?
Ik zei: Klote. Maar ze hebben een vraag aan jou: Wil je ze laten leven en ze niet vernederen?
Arie Koops antwoordde: Nee. We rijden onze eigen race.
Dat is alles waar ik verantwoordelijk voor ben. Ik heb verder niks gevraagd. Dit is wat het is.”
Timing
Jillert Anema vertelt ook dat hij het niet eens is met de lezing van de Volkskrant dat hij een waarschuwing van NOC*NSF heeft gehad. “Het is een verklaring van de gebeurtenissen geweest. Het was geen waarschuwing”, aldus Anema.
Op de dag van de 10 km van Jorrit Bergsma in Gangneung stond het in de krant. Anema: “We verwachtten al iets. Voor de kwalificaties van Sotsji waren er al verhalen dat de sfeer slecht was bij ons en dat Jorrit Bergsma en Bob de Jong gevochten hadden. Niet waar.” Anema denkt dat ‘tegenstanders’ en ‘mensen die er geld aan verdienen’ belang hadden bij de berichtgeving.
Maar Anema vindt niet dat hij iets doms heeft gedaan: “Die (Franse) jongens hebben dat aan mij gevraagd. Ik zou het de volgende keer zo weer doen. Het maakt niet zo veel uit of ik er last van heb gehad, maar of mijn rijders er last van hebben gehad…”
Dat het in de krant stond deed Anema naar eigen zeggen niks. “Het ging mij alleen om Jorrit. Hij won die dag geen zilver, hij verloor goud.” Ook al voorspelde Anema eerder dat Ted Jan Bloemen goud zou winnen. “Maar ik weet wat Jorrit kan. Jorrit heeft niet op de max gereden.” Anema adviseerde Bergsma om de social media uit te laten, maar hij kreeg toch de koppen van het nieuws mee. “Iets wat invloed heeft, is altijd vertragend. Die rit had beter gekund.”
Doping
Anema reageert in Dit is de Dag ook op de berichtgeving van Andere Tijden Sport en de Volkskrant waaruit bleek dat de urinestalen van Ria Visser en Yvonne van Gennip in 1985 kwijt zijn geraakt. Van Gennip heeft de verdachtmakingen van doping ontkend. Anema bestempelt die berichtgeving als ‘oud nieuws,’ en stelt: “Ik heb absoluut niet het vermoeden dat de schaatssport schoon is. Ik geloof er niks van. Er zijn details waar je niet een goed gevoel bij hebt. Maar het is niet mijn taak om dat aan te wijzen. Dat is aan de journalistiek.
“Als het bij mijn team zou gebeuren is het over en uit en hang ik het ook aan de grote klok.”
Anema pleit ook tegen doktersattesten in de schaatssport: “Als sporter moet je een zero tolerance hebben voor medicatie. Het gaat om gezonde lijven tegen elkaar. De fitste moet winnen en niet degene die door de apotheker het beste ondersteund wordt.”
Video niet beschikbaar