Waarom sommige vogels niet kunnen vliegen
- Nieuws
- Waarom sommige vogels niet kunnen vliegen
Sommige vogelsoorten kunnen hun vleugels uitslaan wat ze willen: ze blijven stevig met beide poten op de grond. Onderzoek naar de Galapagosaalscholver legt een nieuw stukje in de puzzel van de loopvogel-evolutie.
Om deze inhoud te tonen moet je toestemming geven voor social media cookies.
De Galapagosaalscholver is de enige aalscholver die niet kan vliegen, vanwege zijn kortere vleugels. De onderzoekers bestudeerden deze vogel en nog vier andere soorten aalscholvers die wél kunnen vliegen. De Galapagosaalscholver bleek genetische afwijkingen te hebben die ontwikkelingsproblemen veroorzaken die ook bij mensen voorkomen (zoals syndactylie, ciliopathy en verdubbeling van ledematen).
De kortere vleugels van de aalscholvers begonnen dus als aandoening, maar de korte vleugels bleken efficiënter dan de langere variant. De onderzoekers vermoeden dat dit komt doordat de vogels met kortere vleugels beter konden duiken en dus meer vissen konden vangen. Kortere vleugels overleefden hierdoor in de natuurlijke selectie. Uiteindelijk kon de soort zijn lichaam niet meer van de grond krijgen.
Van vliegende vogel naar op het land gestrand
We kennen allemaal nog wel meer vogelsoorten die niet kunnen vliegen. Zo is er de kiwi, de struisvogel en natuurlijk die arme dodo. Al deze vogels hadden/hebben vleugels, maar deze zijn niet sterk genoeg om hun relatief zware lijfjes van de grond te tillen. Dat lijkt toch maar onhandig. Hoe is het zo gekomen?
Hoogleraar Paleoecologie en Landschapsecologie Henry Hooghiemstra, die meerdere onderzoeken op zijn naam heeft staan naar de dodo op Mauritius, schijnt wat licht op de zaak. Verschillende soorten loopvogels stammen af van verschillende vliegende soorten. De geschiedenis van de loopvogel is er in alle gevallen één van positieve selectie. Dieren die eigenschappen hebben waardoor ze zich beter kunnen aanpassen aan de omgeving (zoals een konijntje dat goed kan horen) overleven langer en planten zich meer voort. Zo krijgen steeds meer dieren deze eigenschappen en verandert de soort.
Duifachtige dodo
Volgens Hooghiemstra ging het bij de dodo op een soortgelijke manier: het was een duifachtige vogel die zo’n zes miljoen jaar geleden landde op het eiland Mauritius in de Indische Oceaan. In de miljoenen jaren die volgden raakte het daar zijn vliegvermogen kwijt. Nadat de eerste Europeanen, de Nederlanders in 1638, met hun schepen ratten op het eiland brachten stierf de dodo binnen een eeuw uit.
We kunnen niet met zekerheid zeggen welke factoren hebben bijgedragen aan het verlies van de dodo’s vliegvermogen, zegt Hooghiemstra. Waarschijnlijk had de dodo zijn vleugels simpelweg niet meer nodig om eten te zoeken of te vluchten voor natuurlijke vijanden. Dit hoeft er niet toe te leiden dat een vogel zijn vliegvermogen ook kwijtraakt, maar het wordt wel minder belangrijk in de natuurlijke selectie.
Bij een dier als de struisvogel zit het volgens Hooghiemstra wellicht weer anders. Struisvogels zijn te zwaar geworden om nog te kunnen vliegen, maar omdat ze op andere vlakken zo weerbaar zijn was dit geen probleem in de competitie met andere diersoorten.
Hooghiemstra onderstreept dat we niet zeker kunnen weten waarom verschillende soorten loopvogels hun vliegvermogen precies kwijt zijn geraakt. ‘Als het op evolutie aankomt proberen we de meest logische verklaring te vinden.’
Kortom: we weten niet zeker of loopvogels hun vliegvermogen kwijtraakten omdat hun dieet veranderde en te zwaar werden, ze beter eten konden zoeken, of dat ze hun vijanden niet meer vliegend hoefden te ontwijken. Of was wellicht een korte vleugel even het vogel-schoonheidsideaal? We weten nu wel hoe de trend van kortere vleugels bij Galapagosaalscholvers is begonnen. Met positieve selectie werd een aandoening de norm.
Dit artikel werd verzorgd door de wetenschapsredactie van De Kennis van Nu (NTR)
Radio 1 houdt je dagelijks op de hoogte over de laatste ontwikkelingen in de wetenschap
Maandag t/m vrijdag rond 16.20 uur in Nieuws en Co
Dinsdag en vrijdag rond 10.50 uur in de Ochtend