Hoe Valenciennes toch mooi kon worden
- Nieuws
- Hoe Valenciennes toch mooi kon worden
Het Athene van het Noorden, dat schijnt de bijnaam te zijn van Valenciennes. Maar de klassieke schoonheid zag ik niet direct terug, toen ik op een regenachtige, sombere middag door de vervallen, lege straatjes reed en om mij heen de zwartgeblakerde gevels zag van huizen in bouwvallige staat. Juist toen ik mijzelf afvroeg hoe ik het hier, in deze deprimerende omgeving nabij de Belgische grens vier dagen plezant ging maken, trof ik een gezelschap dames op leeftijd in oranje-ornaat.
Ietwat verrast constateerde ik dat zij de eerste supporters waren die ik trof in Valenciennes. En dat voor een wedstrijd die pas zaterdag gespeeld wordt. Dat konden ze uitleggen, de dames. Zij reizen niet achter de vrouwenploeg aan. Zij hebben een ‘stadionpakket’ genomen, waarmee ze toegang hebben tot drie duels in Valenciennes. Uiteraard Nederland-Kameroen. Maar bijvoorbeeld ook de clash tussen Duitsland en Spanje, die ze op deze woensdag gingen bezoeken.
Terwijl we gezamenlijk naar het stadion wandelden, bleken de dames niet mee te deinen op de Leeuwinnen-hype maar echte kenners te zijn van het mondiale vrouwenvoetbal. Moeiteloos noemden zij de namen op van de Duitse internationals. De gebroken teen van sterspeelster Dzsenifer Marozsán was hen evenmin ontgaan.
Oranjebril
Drie duels in Valenciennes. Dan verblijf je dus anderhalve week in deze weinig verheffende stad, bedacht ik mij in een vlaag van medelijden. Het gemoed van de dames leek er niet onder te lijden. Terwijl het gesprek vrolijk met ons doorliep, keek ik met een schuin oog naar de vlaggetjes boven de straat en de etalages van winkels die verwezen naar het toernooi. Een opticien bijvoorbeeld die het leven door een oranjebril zag, getuige de rood-wit-blauwe vlag achter het glas.
Oké, dacht ik, deze stad mag dan niet de fraaiste zijn, ik bespeur hier wel een soort van voetbalsfeer. We kwamen aan bij het stadion. Dat bleek, als in de Engelse traditie, gesitueerd in een woonwijk en werd omgeven door een bistro’s en pubs. Een friture en een tent waar je een doodsimpele ‘sandwich jambon-beurre’ kon bestellen. Volkser dan dit gaat het niet worden, dacht ik terwijl de terrassen zich vulden met Duitsers en bier. Niet massaal, niet uitbundig. Maar het ademde voetbal. Mijn sympathie voor Valenciennes begon te groeien.
Video niet beschikbaar
Eerste indrukken
In de avonduren, Duitsland had inmiddels op karakter van Spanje gewonnen, zette die ambiance zich in het centrum verder door. Les Bleues speelden hun tweede groepswedstrijd en de Fransen hadden hun toevlucht genomen tot restaurants en kroegen waar ze hun nationale trots konden zien spelen. Voor mij op het terras zat een wat oudere man, rode pet op het hoofd, ingetogen mee te leven. Soms balde hij de vuist, dan weer slaakte hij binnensmonds een kreet. Zijn juichgebaar toen Frankrijk de beslissende strafschop benutte, beheerst maar zeer gemeend, was in al zijn eenvoud prachtig.
Soms moet je je eerste indrukken opzij schuiven om het mooie te ontdekken.