Aedes-voorzitter Van Rijn roept Tweede Kamer op: laat demissionair minister De Jonge verder gaan

Koepelvereniging voor woningcorporaties Aedes stelde samen met de overheid, marktpartijen, verhuurders, huurders en kopers de zogenaamde toekomstagenda voor de woningmarkt op. Die punten moeten nu in de praktijk worden gebracht. Gezien de crisis op de woningmarkt, is vertraging volgens Van Rijn geen optie.

"Er is een minister van Volkshuisvesting gekomen, we gaan weer aan ruimtelijke ordening doen. De volgende fase is: hoe gaan we dat uitvoeren?", zegt Van Rijn. "We maken nu met dezelfde partijen een uitvoeringsagenda. Ik heb goede hoop dat dat een nieuwe impuls geeft aan het tackelen van dit probleem."

Daarbij "zal het helpen" als de Tweede Kamer demissionair minister De Jonge in staat stelt verder te gaan met zijn werk, tot een opvolger aan de slag kan, zegt de voorman van woningcorporaties.

'Fase van bouwen en uitvoeren'

De opvolger van De Jonge moet "een minister zijn die zorgt dat we gaan uitvoeren", zegt Van Rijn. Hij hoopt op iemand met dezelfde daadkracht als de huidige bewindsman. "En op iemand die ervoor zorgt dat partijen schouder aan schouder gaan staan."

Volgens Van Rijn heeft De Jonge "er enorm hard aan getrokken" om de woningmarkt weer op gang te brengen. "Hij heeft bereikt dat volkshuisvesting weer op de agenda is gekomen, dat het ministerie zich weer bemoeit met de vraag: wat is er eigenlijk nodig? In overleg met gemeenten en provincies worden er plannen gemaakt en hij heeft wetsvoorstellen gemaakt voor de randvoorwaarden."

"Maar de volgende fase is niet zozeer de fase van de plannen en cijfers", benadrukt Van Rijn, "maar de fase van bouwen en uitvoeren".

'Overheid moet huurders beschermen'

De Jonge besloot ook de huren te bevriezen, tot ongenoegen van investeerders. Zij zeggen dat daardoor de opbrengsten kelderen en ze daardoor de hand op de knip moeten houden, wat volgens hen minder woningen betekent. Van Rijn vindt dat te kort door de bocht. "Door de schaarste van woningen werden woningen heel duur, vooral middeldure huurwoningen. Dat leidde tot excessen. Mensen betaalden een torenhoge huur voor heel weinig vierkante meters."

"Daar heeft de minister wat aan gedaan", zegt Van Rijn. "Laten we wel wezen: als de markt krap is, moet de overheid soms mensen met een smalle beurs beschermen."

Volgens Van Rijn is een lagere asielinstroom niet het ei van Columbus voor de woningmarkt. "Als er minder mensen zijn heb je minder druk", erkent hij. "Maar op die ene woning is heel veel druk van heel veel groepen. De oplossing is woningbouw."