De vraag of God bestaat is helemaal terug in de filosofie: 'New Atheism is weg'

Rutten houdt zich als filosoof bezig met argumenteren of God bestaat. Onlangs bracht hij een boek uit met acht argumenten. Een paar decennia geleden zou hij ongetwijfeld zijn weggehoond door aanhangers van Richard Dawkins, Christopher Hitchens of een andere fanatieke atheïst, maar dat is nu heel anders, zegt hij. "Die vonden het belachelijk en zelfs moreel laakbaar om in God te geloven, maar er heerst echt een andere tijdsgeest. Veel mensen zeggen: goh, vertel maar! Dat merk ik ook bij mijn studenten", vertelt de filosoof, die op de VU doceert bij twee masteropleidingen.

Met zijn argumenten probeert Rutten aan te tonen dat het rationeel gezien best aannemelijk is dat er zoiets als een opperwezen bestaat. Hoe dat opperwezen heet en wat voor karaktereigenschappen het heeft, daar gaan theologen over, zegt hij, als filosoof gaat het over puur het bestaan ervan. Hij noemt het 'een zelfbewust geestelijk wezen, behept met intellect, in staat tot ervaren, tot voelen en tot handelen', die aan de basis staat van 'de oorsprong van het bestaan.'

Hij merkt dat in de filosofie de vraag erg serieus wordt genomen. "De afgelopen tien jaar zijn er een aantal nieuwe godsargumenten bijgekomen", vertelt hij. Zelf probeert hij er met zijn boek ook een bijdrage aan te leveren.

'Je kunt God niet bewijzen'

Rutten wijst erop dat hij er niet op uit is om het geloof in God te bewijzen. "Ik praat altijd over argumenten. Je kunt het bestaan van God buitengewoon redelijk krijgen, buitengewoon plausibel, buitengewoon waarschijnlijk, maar absolute onfeilbare zekerheid acht ik onmogelijk", zegt hij. "En misschien is dat maar goed ook", lacht de filosoof, omdat zijn werk er dan niet meer toe zou doen.