De Kopgroep: Diepe buiging voor Van Aert

Eigenlijk hoopte Jumbo het klassement op te schudden door de koers hard te maken op de beklimming van de Côte du Cap Blanc-Nez, een klimmetje van 900 meter dat op ruim 10 kilometer voor de streep lag. Maar door het goede rijden van Van Aert werd het plan aangepast, weet Maxim.

Schlemiel

Was Van Aert de grote winnaar van de dag, zijn landgenoot Jasper Philipsen was de grote schlemiel toen hij juichend als tweede over de streep ging omdat hij dacht te hebben gewonnen. Mart snapt niet hoe hij de in het geel rijdende Van Aert over het hoofd heeft kunnen zien. "Rund, denk ik dan." Maxim wijst erop dat Van Aert nog geen maand geleden hetzelfde overkwam in de Dauphiné. "Het kan dus de beste gebeuren."

Nonchalance Pogačar

Tadej Pogačar en zijn ploeg waren niet voorin in de laatste beklimming dinsdag. Mart vraagt zich af of zij het klimmetje wel goed bestudeerd hadden. Joost ziet een patroon bij de tweevoudig Tourwinnaar. "Ik heb het idee dat de benen super goed zijn, maar ik vind hem nonchalant. Gisteren kwam hij laat aankakken, bij die valpartij zat hij redelijk achterin en kwam hij zonder ploeggenoten te zitten en moest alleen naar de finish rijden. Het lijkt gemakzuchtig."

Maxim vraagt zich af of het toe te schrijven is aan het grote zelfvertrouwen bij de Sloveen. "Het gaat zo makkelijk. Voorlopig is hij nog overal vlekkeloos doorheen gefietst."

Monsieur 69: de fietsende filosoof

Guillaume Martin finishte dinsdag als 69ste. We kennen hem als een redelijke klimmer die een goed klassement kan rijden. De laatste zes grote rondes die hij reed, eindigde hij steeds bij de beste vijftien, met plek acht in de Tour van vorig jaar als (voorlopig) hoogtepunt. Maar de Parijzenaar is veel meer dan een goede ronderenner. Hij studeerde filosofie en publiceerde al twee boeken waarin hij de filosofie en het wielrennen bij elkaar brengt.

Natuurlijk staan ze bij Mart Smeets in de boekenkast. Hij is vooral onder de indruk van het boek 'Socrates op de fiets'. "Luisteraars die een wandeling naar een goede boekhandel ervoor over hebben, die kunnen een wielerboek aanschaffen dat niet specifiek over de koers gaat, maar wel over de mens die de koers rijdt. Wie doet dat, waarom doet die dat en hoe gaat hij om met zijn medemens in de koers? Daarover gaat het."

Joost heeft een zwak voor Franse renners in het algemeen en dus ook voor deze Martin, die vaak als aanvaller verliezen weet te repareren die hij in de grote bergetappes heeft opgelopen. Wel is het een slechte daler. Mart heeft daar een verklaring voor: "Denkers zijn doorgaans slechte dalers."