Succesvol en matig
- Nieuws
- Succesvol en matig
Gaan beide begrippen als hierboven samen? Ja, kijk maar naar de Nederlandse vrouwenvoetbalploeg. Waar vijf miljoen mensen de moeite nemen op het kijkkastje in de kamer te gaan koekeloeren (en volgens gouden wetten: dus 11 miljoen niet) om oranjehongerig de avond door te komen, moeten kenners, journalisten ter plekke, voetbalkenners dus voor de zoveelste maal concluderen dat het vertoonde spel van de Oranje leeuwinnen weer eens aan de zeer matige kant was.
Of ik dat ook vond? Eerlijk antwoord: ik zag de wedstrijd niet, was op de avond van de halve finale aanwezig bij een zeer interessant wielerforum in Hilversum (VARA's Avondetappe) en hoorde later, via de autoradio flarden van het einde van de wedstrijd. En neen, het wond me niet op.
Wat daar vooral opviel was de schier niet te stelpen partijdigheid, of neen, laten we het een nauwelijks te stoppen oranjegevoel noemen, dan klinkt het beter, van NOS-voetbalman Arman Avsaroglu, een vakman vaak, maar nu even niet. Tenminste afgezet tegen de manier waarop ik ooit het vak leerde. Vooral met het credo 'geen fans op de perstribune'. En ja, daarin ben ik altijd streng in de leer gebleven en hij dus blijkbaar even niet.
'Lichtelijk overdreven'
Grappig dat 'we' in dit ad-hoc sportsuccesland zo makkelijk door de geluidsbarrière gaan met werkelijk alles. Alles wat er door de NOS en anderen over de Oranjeploeg aan ons wordt doorgegeven heeft de smaak van 'lichtelijk overdreven', hoewel ik direct toegeef dat ik die ploeg het allerbeste gun en het behalen van de finaleplaats een prestatie van jewelste vind.
De spagaat die gemaakt wordt is deze: we juichen, kleuren ons leven ineens oranje, zetten marsen op en zijn blij met een sport die qua uitvoering wel aan de zeer magere kant is. Wat is goed, wat is niet goed? Hoe filteren we dat? Natuurlijk is het een verdienste van de speelsters die finale te behalen met matig uitgevoerd voetbal. Natuurlijk is er niemand in dit hele land die 'tegen' deze ploeg is. Waarom ook? Maar een onsje minder ongebreideld chauvinisme zou misschien wel mogen.
En dan kom je op die leuke, moeilijke en te zelden gestelde vraag: is winnen echt alles? Tegen iedere prijs? Mag er geen kwaliteitslabel aan hangen? Of geldt dit: winnen, ongeacht de manier waarop? Ondanks het feit dat kenners wedstrijd na wedstrijd minzaam moeten opmerken dat het de ploeg echt aan een zekere klasse ontbreekt, gaat de zegereeks voort.
Ja, de trainster, die openlijk zei 'zo weinig mogelijk te lezen over wat erover onze ploeg geschreven wordt', zal zich ook afvragen hoe dat kan: zeer matig spelen en gewoon met resultaatvoetbal wedstrijd na wedstrijd winnend afsluiten. Is het antwoord dan niet: omdat dit toernooi schijnbaar ontdaan is van kwaliteitrijk spel.
Te weinig verstand van
En wat zien die kenners dan, wat u en ik niet zien. Ik heb echt te weinig verstand van vrouwenvoetbal om hier te gaan stellen wat er niet aan het spel deugt. Ik heb ook te weinig wedstrijden gezien en blijf me eigenlijk alleen de tweede helft van Engeland-USA herinneren als een leuke, goed gespeelde wedstrijd.
Ik heb flarden van oranje gezien en constateerde: stroperig, slordig, zonder veel ideeën, maar uiterst wilskrachtig om toch te gaan winnen. Dat laatste is een kwaliteit die niet iedere sporter bezit. Terwijl je weet dat het vertoonde spel niet helemaal je dat is, toch maar blijven geloven in jezelf en dan de tegenstanders, die overal kansen lieten liggen, op het laatst toch eronder te krijgen... Ga er maar aanstaan.
Dat is de inmiddels toch wel befaamd aan het worden mars die Oranje in Frankrijk ons laat zien. De wil te winnen wordt niet gesteund door fraai uitgevoerd, technisch hoogstaand en vernuftig spel. Maar wie speelt dat wel daar? Toch helemaal niemand! Of, heel misschien, de ploeg van USA. Zondag aanstaande de mede-finalist.
Het doet me denken aan de wijsgeer/wielrenner Gerrie Knetemann die ooit zei:” "Wat interesseert mij dat nou dat ik niet fraai of groots gewonnen heb... Ik kwam als eerste over de streep en volgens mij gaat het spelletje juist daarover. Als je wint, win je en moeten alle anderen toekijken hoe jij de prijs in ontvangst neemt. De kolere voor dat gelul." Hij zei dat nadat hij wereldkampioen op de weg was geworden in 1978.
Mannenvoetbal
Als het vertoonde spel tot nu toe (van alle teams) een afdruk is van wat vrouwenvoetbal aan de top mondiaal voorstelt, dan is dat vooral behoorlijk 'matig' in zijn uitvoering. Direct zeg ik daarbij dat ik met ogen kijk die heel erg lang naar uitsluitend voetbal van mannen hebben leren kijken. En ja, ik weet dat vergelijken niet mag, niet kan en niet moet. En mannen voetbal is voor mijn ogen ook vaak niet te pruimen en gaat heel snel 'af'.
Afgelopen week moest ik lachen om een bericht dat voetbalanalist Kenneth Perez de wereld in slingerde. Hij zat naar Nederland-Zweden te kijken en meldde: "Ik vraag me af waar ik eigenlijk naar zit te kijken?" Geheel volgens de huidige moraal van Twitter-volgers werd hij vervolgens 'afgemaakt' volgens weer een ander bericht. Ach ja, je weet dat je best kritiek mag hebben in ons land, maar dat moet niet tegen de oranje haren in strijken zijn, want als je dat doet, ben je bijna een landsverrader.
De woorden van Perez hadden weliswaar een toch behoorlijk cynische ondertoon, maar hij mag die mening toch uitdragen. Hij kent immers de voetbalsport.
Toen ik Trouw-verslaggever Fred Buddenberg op donderdag las, overviel hij me met een artikel waarin hij zonder meer stelt 'Nederland kwam opnieuw niet goed voor de dag' en 'Nederland begon met weinig overtuiging' en 'Waar Nederland er niet in slaagde een fatsoenlijke aanval op te zetten'... Kortom een reeks aan nauwelijks positief te noemen facetten die hij moeiteloos aan elkaar schrijft.
Getoeter
Als je dat dan afzet tegen het getoeter dat via de NOS-radio en de stembanden van Arman Avsaroglu tot je kwam dan zie je ook die moeilijke spagaat waarin velen van ons zich in bevinden. Sowieso mogen journalisten niet al te hard gaan juichen, maar sinds Theo Koomen, Jack van Gelder en Hans van Zetten is een blijkbaar moreel geaccepteerd zijpad ingeslagen.
Niet goed spelen, maar toch winnen, hoe doceer je dan je gedachten en voor de journalisten onder ons: hoe doceer je de mate van Oranjegevoelens, afgezet tegen het (ik citeer) 'vaak armetierige spel' en je eigen neutraliteit als journalist?
Theo Reitsma, where are you when this nation needs you? Wie vindt hierin de juiste nuance?
Ik heb hier mijn best gedaan.
Over Mart Smeets
Mart Smeets is radio- en televisiepresentator, journalist en sportcommentator. Iedere zaterdag beschouwt hij voor EenVandaag gebeurtenissen en verhalen uit de sportweek, en zaken die daar aan verwant zijn.