En toen fietste daar Robert Gesink
- Nieuws
- En toen fietste daar Robert Gesink
Er bestaat in de sportwereld (en misschien ook wel daarbuiten) een term die luidt: gunfactor. Er bestaan sportmensen die je het meer dan anderen gunt dat ze goed presteren.
Ik denk dat het een tamelijk nieuw begrip is, want in de jaren 70 en 90 (van de vorige eeuw) hoorde je niet of nauwelijks over “de gunfactor”.
Al enige tijd vind ik dat wielrenner Robert Gesink een vrij hoge gunfactor met zich draagt. Na afgelopen zaterdag weet ik het zeker: ik gunde hem meer dan anderen en dat hoort eigenlijk niet als je in de sportjournalistiek werkzaam bent.
Waarom?
Het bekende woord waarmee je in feite ieder gesprek met een sportend mens kunt beginnen. Waarom ga je een sporter meer gunnen dan een ander?
In het geval van Gesink is dat een slinger aan verhalen; valpartijen, pech, persoonlijk leed, een mens die op de grens van compleet opgeven stond, een fletse terugkomst, nog meer valpartijen en daar bovenop een karrenvracht aan bijtende, volkomen doorgeslagen kritiekuitingen van asocialen die uiteraard anoniem bleven.
Gesink kwam ooit als talent naar voren in de Tour de ‘l Avenir. WE hadden er een klimmer bij, een Achterhoeker die lang was, veel te lang voor een wielrenner zeiden sommigen, en die bergop met de besten mee kon komen.
Omdat onze herinneringen snel vervagen, heb ik het nog even nagekeken: Gesink heeft op zijn conduite lijst drie top-tienplaatsen in de Vuelta staan, werd 4e en 6e in de Tour de France en stapte eenmaal op en snel weer af in de Giro.
Zijn successen en eerste plaatsen haalde hij in Californië, Oman, Québec en Emilia; dat waren vaak zeges die ver van huis en haard plaatsvonden en die niet erg aansprekend waren in ons land van criticasters.
Pech. Dat overkwam hem. Hij brak botten en kwam dan buitenspel te staan. Als je vaak in een situatie van M.A.S.H. terechtkomt, gebeurt er ook iets met een sporter. Dan wordt zij of hij “zielig” genoemd.
Of: als er een valpartij in beeld is op televisie dan roept de goegemeente heel snel: Gesink zal er wel bijliggen.
Persoonlijk leed. Dat overkwam hem en omdat het “persoonlijk” is, laat ik dat zo. Het waren momenten van diepe droefenis en van presteren op een fiets kwam in langere perioden helemaal niets.
Voor het harde, kritiekvolle deel van de sportmaatschappij werd Robert Gesink een schietschijf, een “zwakkeling”, een renner die vaak viel, die vaak terug wilde komen, die soms eens een uitslag reed in een verre koers die alleen om tien voor half twee ’ s nachts op een klein televisiekanaal werd uitgezonden, hij werd nagewezen, “men” vond dat hij er beter aan kon doen zijn fiets maar in de wilgen te hangen en dat alles ging in een vreemde, afstotende, bijna brutale en asociale manier van woordkeuze van de mensen die hun vette kritiek lieten horen. De zegening van de sociale media, nietwaar?
Was het juist daarom dat ik compassie met hem kreeg. Omdat hij zo fel, zo schofterig heftig ook werd aangevallen door naamloze nietsnutten?
Ik denk het.
Ik keek naar zijn uitslagen, ik las soms zijn commentaren en ik hoopte dat er een doorbraakmoment in zijn tweede of derde doorstart van zijn loopbaan zou zitten.
De gunfactor dus. Ik gunde hem ineens iets meer dan zijn tegenstanders in welke wedstrijd dan ook. Als excuus voor wat hem aangedaan was door al die vuilspuiters?
Ik denk dat dit ook licht meespeelde.
Dus werd afgelopen week een fraaie week van “wraak” of heette het slechts “genoegdoening”? Of was er iets dat nauwelijks te definiëren valt, een gevoel dat Robert Gesink alleen kent en dat het midden houdt tussen geloof in jezelf, via lichte onzekerheid naar iets dat venijnige revanche heet.
Zijn rijden van de twee loeizware bergetappes van de Vuelta was prachtig, een bewijs van wilskracht, interne rust op goede momenten, tactisch sterk gereden koersen en geloof in zichzelf.
Neen, hij staat niet in de top van het klassement, want hij heeft een andere tactiek verkozen voor deze Vuelta, neen hij gaat niet voor de top-tien ditmaal, maar hij heeft vooral zichzelf in twee opmerkelijk verreden etappes een zeer goede dienst bewezen.
Topsport heeft ook zijn kleine steegjes en pleintjes waar dingen gebeuren die niet meteen tot grote, beroemde winst leiden, maar die een sportend mens op overtuigende manier weer in de benen terugkrijgt.
Ja, ik ben ervan overtuigd dat velen hem deze Spaanse prestaties gunden.
En voor de scheldende, giftige massa aan dombo’s die Gesink kapot wenste te maken…schaam je.