Donald Duck is jarig - het succesverhaal van onze lievelingseend
- Nieuws
- Donald Duck is jarig - het succesverhaal van onze lievelingseend
[VPRO] In de jaren dertig en veertig veroverden de filmpjes van Donald Duck de hele wereld. De hele wereld behalve Nederland. Eind jaren veertig kwam Walt Disney zelf naar ons land. "We zijn hier om Nederland te bekijken", zei hij met een brede glimlach. Hij was hier natuurlijk om zaken te doen. Een paar jaar later werd de eerste uitgave van het weekblad Donald Duck in Nederland gepubliceerd – vandaag 64 jaar geleden.
"Het weekblad had een enorm goeie start", vertelde oud-hoofdredacteur van Donald Duck Thom Roep in het NPO Radio 1-programma Dit is de Nacht. "Ze waren 64 jaar geleden zo slim om twee en een half miljoen exemplaren te drukken en die gratis uit te delen op scholen en overal waar ook maar kinderen waren. Men was zeven jaar na de oorlog niet zo veel gewend, dus het sloeg in als een bom. Ze hadden geen enkele concurrentie en binnen een week waren er 165.000 abonnees."
Stiekem meelezen
In het begin was Donald Duck nog een jeugdblad, maar die eerste 165.000 lezers werden steeds ouder. Later kregen ze hun eigen kinderen. Het uithoudingsvermogen van het blad is te danken aan ouders die het blad vervolgens weer met hun kinderen wilden delen.
"Pas in de jaren zeventig, een dikke twintig jaar daarna, ging het jeugdsentiment een rol spelen", vertelde Roep. "Die vroegere lezers dachten: zoals ik dat vroeger leuk vond, dat wil ik mijn kind ook laten beleven, en stiekem lazen ze mee. Het heeft zich ontwikkeld van een jeugdblad naar een familieblad." Al is nostalgie kennelijk een krachtige drug: 60 procent van de lezers is volwassen.
De kracht van Donald Duck is namelijk dat het voor kinderen én volwassenen leuk is. Bij Disney doen ze het in hun films – met name die van de studio Pixar –al jaren: grappen verzinnen waar kinderen om kunnen lachen terwijl ze zelf niet echt weten waaróm ze lachen. "Sinds de jaren zeventig brengen we het bewust op meerdere niveaus", zei Roep in Dit is de Nacht. "We stoppen er woorden in die niet storen voor de kinderen, maar die de volwassenen wel begrijpen."
"Er was een keer een verslaggeving op televisie van de aankomst van Sint-Nicolaas en toen werd er door de omroeper gezegd: 'Kijk, de Sint gaat aan wal. Achter hem loopt een Piet, die zijn staf vasthoudt dus deze Piet heeft een staffunctie.' Dat snapt geen kind maar de ouderen wel en het kind accepteert het omdat die het woord staf herkent. Dat soort dubbele bodems proberen we in de vertalingen en in de teksten neer te zetten."
Geen drank en drugs
Het is een hele kunst om dat evenwicht te bewaren. Disney is eigenaar van de rechten en eisen waar de bladen aan moeten voldoen: geen drank, geen tabak, geen seks, geen drugs en geen religie. Ook moet het goede het kwade overwinnen en het moet bovenal pedagogisch verantwoord zijn.
"Dat klinkt heel braaf maar daar kun je best wat mee doen", zei Roep. "Disney accepteert best dat de Zware Jongens een pistool hebben als ze een bank overvallen, maar het zal niet gebruikt worden en het wordt ook nooit op de voorplaat afgebeeld." Maar in zijn 29-jarige carrière als hoofdredacteur is Roep ook weleens op de vingers getikt.
Honderden brieven per week
Donald vierde in een bepaald nummer de jaarwisseling en hij had een glas bubbels vast. Volgens Roep had het net zo goed frisdrank kunnen zijn. Volgens Disney was de associatie met champagne te sterk en dat liet het bedrijf hem ook weten. Ook zegt Roep dat kwade lezers veel van zich lieten horen; soms kreeg de redactie wel vierhonderd brieven per week.
Roep stopte in 2013 als hoofdredacteur omdat hij met pensioen ging, maar hij vond zichzelf ook niet meer geschikt om met de moderne vormen van communicatie om te gaan. Wat vroeger kwade brieven waren werden kwade tweets, die veel sneller binnenkwamen.
Maar misschien moet men sommige dingen maar door de vingers zien. Als iemand een glas champagne verdient is het wel een jarige, bejaarde eend.
Luister hier naar het hele gesprek met Thom Roep: