Lodewijk Asscher: 'Structureel meer geld voor salarissen leerkrachten'
- Nieuws
- Lodewijk Asscher: 'Structureel meer geld voor salarissen leerkrachten'
Het kabinet trekt 460 miljoen euro uit om de problemen in het onderwijs aan te pakken. Daarmee leek de staking van komende woensdag even van tafel, maar die gaat toch door. De leerkrachten willen structureel méér geld. PvdA-Kamerlid Lodewijk Asscher is het daarmee eens. "Ik zou beginnen met structureel geld voor salarissen, maar dan ben je er nog niet. De werkdruk moet ook omlaag."
Asscher noemt het lerarentekort "een slijpende tijdbom". Er gebeurt volgens hem nog niet genoeg, terwijl onderwijs juist het belangrijkste voor een land moet zijn. Het bedrag dat nu incidenteel is toegekend, wil hij jaarlijks geïnvesteerd zien. "Het enige dat nodig is, is politieke wil."
Basisonderwijs groter probleem
"Het lerarentekort in het primair onderwijs is groter, doordat leraren in het primair onderwijs een stuk minder verdienen. Daardoor kiezen toekomstig docenten eerder voor het middelbaar onderwijs", denkt Asscher.
En dus moet de politiek beginnen om de salarissen gelijk te trekken. Daarmee zijn de problemen in het onderwijs nog niet opgelost: de werkdruk moet omlaag en de administratie vermindert.
Geld op de plank
CDA-Kamerlid Michel Rog is het met Asscher eens dat er structureel naar oplossingen moet worden gekeken, maar vindt desalniettemin dat het geld dat nu wordt uitgetrokken óók verschil kan maken. "Wat we nu doen met incidenteel geld is extra mensen opleiden en werkdruk verlichten. Juist op de moeilijkste scholen kunnen we nu extra verlichting bieden."
Daarvoor is volgens hem echter niet alleen de politiek verantwoordelijk, maar ook leraren en scholen zelf. "We moeten kijken naar de gigantische hoeveelheid geld die op de plank ligt bij schoolbesturen."
'Rijkdom op kantoor, armoede in de klas'
"Het lukt schijnbaar niet met geld dat over de muur wordt gegooid bij het bestuur." De hoogte van de investering is volgens docent Ton van Haperen ondergeschikt aan de aanwending ervan. Hij mist duidelijke kwaliteitsafspraken om de werkdruk te verlagen. "Bijvoorbeeld een maximale groepsgrootte afspreken."
Daarnaast is het niet duidelijk waar het geld naartoe gaat. Daardoor zijn de docenten volgens Van Haperen afhankelijk van de goedheid van het bestuur. Het geld dat bestemd is voor de leraren, komt zo niet op de juiste plek terecht. "Er is rijkdom op kantoor en armoede in de klas."
"Ik geef dit jaar 50 procent meer les en in de klassen zitten 30 tot 32 leerlingen, omdat het bestuur zegt dat het niet anders kan. Er is wel geld voor innovatie en ICT, maar niet voor de leraar in de klas."