'Kinderen horen niet in de noodopvang'

De noodopvang is niet gemaakt voor kinderen, meent Dullaert. "Dat zeggen wij niet alleen, dat zeggen ook de overheidsinpecties. Ze zitten letterlijk met de lippen op elkaar, de sanitaire omstandigheden zijn slecht en vaccinaties hebben ze vaak niet."

Telkens verhuizen

Volgens Dullaert is er veel mis. Het gaat volgens hem niet alleen om de voorzieningen in zo'n opvang. Maar ook het perspectief dat er niet is. "Er is weinig onderwijs, als het er al is, maar ook het telkens verhuizen helpt niet mee." De situatie lijkt erger te worden, want er belanden steeds meer kinderen in zo'n noodopvang. En dat is een grote zorg van het Kinderrechtencollectief.

Minister Faber zij eerder dat ze de specifieke situaties niet kent, maar volgens haar is het wel allemaal netjes geregeld bij de noodopvang. Ze snapt wel dat het geen ideale omgeving is voor kinderen. Volgens Dullaert spreken de rapporten van de overheidsinspecties voor zichzelf. "Ze zijn er niet voor niks en ze zeggen zelfs dat het niet voldoet aan de minimale kwaliteitsnormen. We zakken als Nederland door een morele ondergrens."

Wegkijken

Hij neemt het de overheid kwalijk dat ze wegkijken. "Moet er iets zo ergs gebeuren voordat we ingrijpen?" Vraagt Dullaert zich af. Hij wijst ook op de Spreidingswet. "Als die ook nog weer wordt ingetrokken, geeft dat nog meer druk op de noodopvang." Hij wijst erop dat heel veel organisaties aan de bel trekken en toch gebeurt er weinig.

Volgens Dullaert moeten kinderen zo snel mogelijk uit de noodopvang, iets dat ook het Gerechtshof in Den Haag al eerder vaststelde. "Er moeten gewoon meer en structurele kindvriendelijke opvanglocaties komen waar die kinderen kunnen verblijven."