Afbouwen van angst- en slaapmedicatie zorgt voor ondraaglijke bijwerkingen

Deze zogenaamde benzodiazepinen worden voorgeschreven tegen angsten en slaapproblemen. Als patiënten de medicatie niet meer nodig blijken te hebben of juist willen stoppen vanwege de bijwerkingen, kan dat door mindere doseringen te gaan slikken. Maar veel mensen ervaren problemen bij het afbouwen van de medicatie, omdat lagere doseringen maar weinig beschikbaar zijn, vertelt Dinkelberg.

Daarom doet ze namens de Vereniging Afbouwmedicatie een oproep: "Wij zouden heel graag willen zien dat lagere doseringen voor iedereen beschikbaar worden. Dat is nu niet zo. Er is maar één zorgverzekeraar die dat allemaal vergoedt. We zien iedere dag de nadelen van dat beleid. Mensen die geen geld hebben om deze medicatie te betalen, wordt nu de medicatie onthouden."

Deze oproep is voor iedereen die erbij betrokken is. Dus de overheid, zorgverzekeraars en dokters. Maar ook zeker aan de patiënten zelf, die zich bewust moeten zijn van de risico's. "Ik zou heel graag willen dat mensen zich er van bewust worden dat je die medicijnen dus heel langzaam moet afbouwen, omdat je lichaam weer terug moet naar de oude werking."

Langzaam afbouwen is heel belangrijk

Bij het afbouwen van deze medicatie is het belangrijk dat dat in stapjes gaat, vertelt Dinkelberg: "Je lichaam moet heel langzaam wennen aan een nieuwe situatie. Je hebt, door die medicijnen te nemen, je zenuwstelsel eigenlijk bewust ontregeld. Dat kan gunstig uitpakken, maar zorgt ook voor bijwerkingen." De helft van de patiënten ervaart problemen bij het afbouwen en ongeveer 25% ondervindt ernstige problemen. Dit kunnen nieuwe psychiatrische problemen zijn die ervaren kunnen worden als ondraaglijk. Denk hierbij aan overgevoeligheid voor licht en geluid, een soort innerlijke onrust en het gevoel dat je uit je vel wil springen.

Het laatste stuk van het afbouwen is het moeilijkst. Voor sommige medicijnen geldt dat je in de afbouwfase maar 1% van de normale dosering moet innemen, dus dat is niet op te lossen door zelf maar de pilletjes in stukjes te breken. "Juist op het eind moet het heel precies zijn. Schommelingen triggeren ook weer onttrekkingen, zo benoemen we die klachten."

Er is volgens Dinkelberg te weinig bewustzijn bij huisartsen en psychiaters in Nederland over het afbouwen van benzodiazepinen. Mensen hebben de neiging, wat vaak ook aangemoedigd wordt door dokters, om nog wat langer door te gaan op een andere dosering en daarna te stoppen met de medicatie. Maar eigenlijk hoort hier dus nog een fase met lagere dosering tussen. Deze verkeerde manier van afbouwen vergroot het risico op klachten die soms wel jaren kunnen duren. Deze bijwerkingen komen vaak dan pas nadat de patiënt gestopt is met het medicijn en daarom is het ook zo belangrijk dat dit bewustzijn er wel komt.