Martin van Geel ziet liever twee dan drie Eredivisie-degradanten: 'Zorgt bij clubs voor gezondere bedrijfsvoering'
- Nieuws
- Martin van Geel ziet liever twee dan drie Eredivisie-degradanten: 'Zorgt bij clubs voor gezondere bedrijfsvoering'
Martin van Geel stond jarenlang aan het roer bij clubs als Feyenoord, Ajax en Willem II, clubs waarvoor hij zelf ook speelde. Sinds dit seizoen is hij technisch manager van de Eredivisie CV. In De Perstribune bespraken we zijn carrière in het voetbal.
Video niet beschikbaar
Twee degradanten
Van Geel pleit voor twee degradanten in plaats van drie. "Dat is mijn persoonlijke mening. De afgelopen jaren heb ik het aan den lijve kunnen ondervinden. Grote, historische Eredivisieclubs zijn soms gedoemd om te degraderen en komen dan in een andere divisie, met een ander perspectief en andere inkomsten. Persoonlijk zou ik zeggen: laten we daar eens goed naar kijken."
Volgens Van Geel zou dit zorgen voor een gezondere bedrijfsvoering. "In de huidige situatie gaan in de winterstop zes of zeven clubs financieel de grenzen opzoeken om degradatie te voorkomen. Als we twee degradanten zouden hebben, zijn dat er misschien maar vier of vijf."
Feyenoord
Van Geel vond het gedurfd van zichzelf dat hij in 2011 bij Feyenoord instapte als technisch directeur. "Het werd mij enorm afgeraden, maar ik heb het toch gedaan. Ik was van jongs af aan Feyenoord-supporter. In 2011 stond de club er erg slecht voor: 43 miljoen schuld, 10-0 verloren van PSV, 45 miljoen negatief vermogen, en zelfs nog geen veldverwarming onder een oefenveld."
Toch besloot hij de uitdaging aan te gaan. "Ik had al iets met de club en de mensen die er werkten: Eric Gudde, Joris van Benthem... Ik ben uiteindelijk acht jaar technisch directeur geweest bij Feyenoord, de langstzittende ooit. Dat koester ik. We hebben enorm hard aan dat proces gewerkt. Feyenoord werd weer een stabiele top-3 club. We kregen het respect terug en bouwden langzaam financiële ruimte op."
In het eerste jaar was er vrijwel niets mogelijk, vertelt Van Geel: "We moesten zelfs spelers huren van ADO Den Haag. Later gingen we zelfs ook prijzen winnen, waaronder het lang begeerde landskampioenschap. Dat was een geweldige periode. En als het jaar na het kampioenschap dan minder wordt, en dat je daar dan op wordt afgerekend... Dat hoort erbij. Ik werd eigenlijk slachtoffer van mijn eigen succes, als je het zo mag noemen. Maar ik vond het fantastisch."
Johan Cruijff
Van Geel blikt terug op de eerste keer dat hij Johan Cruijff van dichtbij meemaakte, als 18-jarige voetballer bij Ajax. "Johan kwam toen eigenlijk zonder enige officiële functie alles bepalen bij Ajax. Ik weet niet of dat nu nog zou kunnen."
Van tevoren had Cruijff aangegeven dat hij rustig op de tribune alles zou aanschouwen en nooit in de dug-out zou gaan zitten. "Twee dagen later deed hij de befaamde loop naar beneden en ging hij naast Beenhakker op de bank zitten." Van Geel vond daar het zijne van: "Ik vind dat dat niet kan. Maar als 18-jarige was ik niet de aangewezen persoon om dat te zeggen."
Later werkte Van Geel opnieuw samen met Cruijff toen hij technisch directeur was bij Ajax. "Binnen de vier lijnen was hij fenomenaal. Ik heb nog nooit iemand ontmoet die zo over voetbal kon praten. Ik moest goed nadenken om mee te kunnen in zijn denkwijze. Maar buiten het veld zaten we niet altijd op dezelfde lijn. Ik ben van structuur, Johan was dat niet. Hij was van intuïtie en gevoel. Hij doet het op een andere manier. Maar ik heb dat altijd gerespecteerd."
Luister het hele gesprek met Van Geel hierboven terug - of in De Perstribune-Podcast!
De Perstribune
In De Perstribune ontvangt Margreet Reijntjes elke week prominente gasten uit de wereld van de media en sport. Zij bespreken actuele én persoonlijke zaken. Verder duidt Ron Vergouwen wekelijks opvallende mediazaken uit het heden en verleden.
Iedere zondag tussen 12:00 en 14:00 op NPO Radio 1: De Perstribune - en daarna in je favoriete podcast-app!