Van de Kamer naar de gemeenteraad: 'Het was leuk, maar ik ga het niet nog vier jaar doen'

Spijt hebben ze niet. Jacobi nam plaats in de gemeenteraad van Leeuwarden ("PvdA had daar slecht gescoord. Ik dacht: huppakee, we helpen elkaar") en Verheijen vertrok naar Venlo ("ik had een hele raadszetel als lijstduwer behaald"). Nu vier jaar later, is het welletjes geweest voor de twee. Jacobi: "Ik ben er niet geschikt voor."

"Ik heb mijn best gedaan, maar het is me niet snel en invloedrijk genoeg", legt ze uit. Verheijen herkent het gevoel. "Als je de rekensom maakt: hoeveel tijd en energie steek je erin en wat haal er je eruit? Dan valt die helaas best negatief uit. En dat is wel echt doodzonde."

Verandering

Het leven in Den Haag als Tweede Kamerlid zag er dan ook heel anders uit dan als gemeenteraadslid, zeggen ze beiden. "Bij de Tweede Kamer ben je de hele dag aanwezig. De gemeenteraad ga ik alleen woensdagavond naartoe", vertelt Jacobi. Dat was ook een bron van zorgen van Verheijen. "Daardoor is de afstand tussen de fulltime bestuurders en de deeltijd gemeenteraadsleden ook wel heel groot."

Allebei zijn ze het er ook over eens: ook al stoppen ze, er zijn genoeg ideeën om de gemeenteraad te verbeteren. "De belastingruimte vergroten vergroot de politieke betrokkenheid. Dat maakt het lokaal bestuur interessanter, spannender en belangrijker", zegt Verheijen. En Jacobi ziet vooral winst in de tijd. "Gemeenten hebben zoveel te doen gekregen dat het eigenlijk onbestaanbaar is dat we net als vijftig jaar terug één avond in de week gemeenteraad hebben."