Kinderombudsman Rotterdam: 'Drang' bij jeugdhulp in Rotterdam werkt niet

In Reporter Radio van 25 februari vertelde Kinderombudsman Rotterdam Anne Mieke Zwaneveld alvast over haar bevindingen. Haar belangrijkste conclusie is dat ze het afgelopen jaar serieuze tekortkomingen aan het systeem van drang heeft gesignaleerd: "Rechtsbescherming ontbreekt en er worden beslissingen genomen zonder de ouder en het kind daarbij te betrekken".

Sinds 2012 is in Rotterdam een drangtraject gecreëerd om regie in gezinnen te gaan voeren nog voordat er sprake is van een door de kinderrechter opgelegde kinderbeschermingsmaatregel. Het doel van de Gemeente Rotterdam was om ouders waarbij vrijwillige hulpverlening niet het gewenste effect heeft gesorteerd, hiermee een laatste kans te geven.

Aanleiding van dit rapport waren klachten van advocaten en ouders over de werkwijze bij drang. De ouders worden er amper bij betrokken, er wordt geen onderzoek gedaan, ouders hebben geen rechtsbescherming en regelmatig wordt gedreigd met een gang naar de rechter. Hierdoor voelen ouders zich geïntimideerd. Het gaat om ongeveer 250 kinderen per jaar. De belangrijkste aanbevelingen van Zwaneveld: "Ik vind dat ouders uitgenodigd moeten worden bij gesprekken en dat de expertise binnen de wijkteams omhoog moet. Ik vind het belangrijk dat ouders precies weten waar ze aan toe zijn".

Sven de Langen, wethouder Onderwijs, Jeugd en Zorg, geeft een reactie op het rapport vanuit de gemeente Rotterdam. Hij is de opvolger van Hugo de Jonge, nu Minister van Volksgezondheid. De Langen belooft een pilot vanaf april waarin ouders een grotere rol krijgen. Daarnaast belooft hij dat "de kennis en expertise die we nu rondom de jeugdbeschermingsinstellingen hebben meer naar de wijkteams te brengen".