'Machtsovername Taliban zet relatie India en Pakistan verder op scherp'

Islamabad heeft, met haar nauwe relaties met de Taliban, zichzelf al als winnaar uitgeroepen en zet New Delhi neer als de verliezer, zegt journalist en Pakistankenner Suzanna Koster in Bureau Buitenland. “Er is precies gebeurd wat Pakistan al had voorspeld: de Taliban opnieuw aan de macht.”

Toen de overwinning van de Taliban eraan zat te komen, is Pakistan opener geworden over zijn diepe banden met de islamitische groepering, zegt Koster. “Daarover zweeg Pakistan eerder liever. Voor de buitenwereld verklaarde Pakistan juist aan de kant te staan van Amerika. Daardoor bleef Islamabad steun krijgen vanuit de internationale gemeenschap. Dat hield de economische motor draaiende.”

Nervositeit flink toegenomen

In India, bondgenoot van Amerika, is de nervositeit flink toegenomen na de Taliban-machtsovername, vertelt correspondent Eva Oude Elferink vanuit New Delhi. Het land is vooral bang dat Kasjmir te maken krijgt met terrorisme. “Doordat er vanuit New Delhi weinig onderhandeling is geweest met de Taliban, heeft ze een minder sterke positie dan Pakistan. India heeft verkeerde inschatting gemaakt.”

Het land heeft volgens haar te veel gehoopt dat de Amerikaanse president Biden zich niet snel zou terugtrekken in Afghanistan. “India hoopte dat de Afghaanse regering een grotere politieke rol kreeg, net als haar bondgenoten.” Inmiddels kijkt het land naar een Afghanistan, waar andere landen, net als Pakistan, wél intensief in gesprek gaan met de Taliban. Ook China wil vrienden worden. “Uitgerekend de grootste vijanden van India.”

Financieel weinig te bieden

Maar, zegt Koster, of Pakistan ook daadwerkelijk heeft gewonnen, is nog maar de vraag. “Pakistan heeft de Taliban financieel weinig te bieden. Dat kan India als economische grootmacht wél.” Bovendien kampt Pakistan zelf met een verhoogd risico op terrorisme, nu de Taliban andere groeperingen inspireren de macht naar zich toe te trekken. “Op economisch gebied is meer onderhandelingsruimte voor India”, ziet ook Oude Elferink. “Daardoor is India’s positie niet volledig afhankelijk.”