NAVO-topman Van Weel: 'Zou mij verrassen als Rutte geen secretaris-generaal wordt'

Er zouden nog tien landen niet achter de kandidatuur van Rutte als nieuwe NAVO-chef staan. De overige 21 landen zijn wel overtuigd van de kwaliteiten van de demissionair premier van Nederland. "Ik weet niet of het waar is van die tien landen. Wat ik wel weet is dat hij steun heeft van een overgrote meerderheid en van de grote landen binnen de NAVO. Dat is heel belangrijk als je kans wil maken."

Volgens Van Weel dienen andere kandidaten zich vooralsnog niet aan. "Dat sterkt verder zijn kansen." De naam van de Estse premier Kaja Kallas valt wel links en rechts, "maar steeds minder", verzekert Van Weel. "Zij heeft haar ambities niet verder geuit, nadat zij dat eerder wel deed. Als ze het had willen doen, was München (waar afgelopen weekend een veiligheidsconferentie plaatsvond, red.) dé plek geweest, maar dat heeft ze niet gedaan."

Met andere woorden: Rutte is de enige kandidaat om de nieuwe NAVO-chef te worden. "Het zou mij verrassen als hij het niet wordt", concludeert Van Weel.

Donald Trump

Mocht Rutte uiteindelijk de NAVO-scepter gaan zwaaien, dan zou dat ook handig zijn als Donald Trump zich aan het eind van het jaar weer president van de Verenigde Staten mag noemen. "Er is geen betere kandidaat om zaken te doen met Trump dan Mark Rutte", vindt Van Weel.

Hij legt uit: "Rutte is een realist die zegt dat je zaken moet doen met degene die aan de macht is, en om daar het beste van te maken. En omdat hij gelooft dat de trans-Atlantische band niet verloren mag gaan, ook niet in het belang van de VS."

Veiligheidsconferentie München alarmistisch

David van Weel was in zijn hoedanigheid als assistent secretaris-generaal van de NAVO afgelopen dagen aanwezig bij de veiligheidsconferentie in München. "Er speelde zoveel. Er was weinig reden tot optimisme", is een van zijn conclusies.

Een van de belangrijke onderwerpen in München was Oekraïne, waar de oorlog niet naar wens gaat. Denemarken heeft derhalve een oproep gedaan aan andere landen om meer artillerie en munitie naar Oekraïne te sturen. Van Weel steunt die oproep. "We moeten meer produceren en wat wij hebben, geven aan Oekraïne. Zodat zij wapens krijgen waarmee zij het verschil kunnen maken in deze oorlog." Zoals F-16's, langeafstandsraketten en munitie, somt Van Weel op.

"Het voornaamste wat wij moeten doen is meer geld en meer effort stoppen in het opschalen van onze productie", besluit Van Weel. "Rusland heeft dat al gedaan en daar lopen wij in het Westen echt op achter. Er zijn wel hoopvolle signalen, maar er moet meer."