Noord-Korea verwestert langzaam

Al tien jaar handelt Tjia met Noord-Korea. In deze tien jaar overleed de politieke leider Kim Jong-il. De regimewissel met zijn zoon Kim Jong-Un zorgt voor een economisch liberale wind, merkt Tjia.

Internationale beurs groeit ieder jaar

Afgelopen maand bezocht Tjia de Trade Fair. Een grote consumentenbeurs in de hoofdstad. Er wordt steeds meer handel gedreven en hij ziet de internationale beurs ieder jaar groeien. Mensen komen er om elektronica zoals laptops, televisies, afwasmachines en zonnepanelen te kopen.

Tjia is er van overtuigd dat groei en handel de belangrijkste manier is om de burgers van Noord-Korea meer vrijheden te geven. “Als mensen bedrijfjes kunnen oprichten, opent de communicatie en zijn mensen in staat naar het buitenland te reizen.”

Platteland wordt ook rijker

In zijn reizen naar Noord-Korea komt Tjia vaak alleen in Pyongyang, wat hij een soort showroom noemt van Noord-Korea. Toch verneemt hij van collega-ondernemers, die zaken doen op het platteland, dat het ook daar beter gaat. “Het geld druppelt in Noord-Korea ook langzaam naar de bevolking toe.”

Tjia hoopt voor Noord-Korea hetzelfde als voor China. Dat land was veertig jaar geleden ook een gesloten bolwerk, maar na de culturele revolutie van de jaren '70 is het land steeds opener geworden. Inwoners kunnen reizen, er is (beperkt) internet en er zijn buitenlandse universiteiten.

'Dit is het enige wat je kan doen vanuit het buitenland'

Ondanks dat het Noord-Koreaanse regime op dit moment nog steeds geldt als een van de gruwelijkste ter wereld, gelooft Tija dat investeringen, handel (en een opkomende middenklasse) centraal staan om het leven van de gewone Noord-Koreaan te verbeteren. “Voor de rest kunnen wij vanuit het buitenland niet veel doen.”

De andere kant: Noord-Korea deskundige Remco Breuker

Volgens Remco Breuker, Korea-deskundige, is er geen enkel bewijs dat zaken doen met Noord-Korea de bevolking daar ook echt helpt. Dat er dikke mensen rondlopen, of dat er meer mobieltjes in het straatbeeld te zien zijn in Pyongyang, zegt niets over verworven vrijheden.

Breuker: “Het regime heeft een soort Disneyland gecreëerd voor buitenlanders die zaken willen doen met Noord-Korea. Er ligt een compleet draaiboek voor ze klaar bij aankomst, inclusief een avondje doorzakken en dronken worden."

Volgens Breuker help je de Noord-Koreanen pas echt als je handelt in het zwarte circuit. Dan komt het geld echt aan bij de bevolking.

Luister en bekijk: gesprek met ondernemer Paul Tjia