MKB-voorman Vonhof tegen kabinet: brandstofprijzen mogen niet stijgen

Als het kabinet geen nieuwe maatregelen neemt om de prijs van benzine te drukken, betaalt de automobilist aan de pomp straks 21 cent meer per liter. Dat erkent het kabinet in antwoorden op vragen van Kamerlid Pieter Omtzigt. De accijns op diesel zou met ongeveer 13 cent toenemen. Eerder dit jaar werden de accijnzen verlaagd als maatregel tegenover de hoge (energie-)prijzen. Deze verlaging is deels teruggedraaid, en vervalt vanaf 1 januari 2024 in principe.

Mogelijk betaalt een automobilist aan de pomp straks 2,44 euro voor een liter benzine. "Dat is voor heel veel redenen een slechte zaak. De overheid moet de accijns verlagen", zegt Vonhof. Hij waarschuwt voor de gevolgen van hoge brandstofprijzen. "Wat je ziet is dat de kosten voor werknemers hoger worden. Reizen wordt duurder en dat voelen mensen in de portemonnee. Ze stappen naar hun werkgever en willen gecompenseerd worden."

Negatieve grenseffecten

Maar "helemaal funest" zijn volgens Vonhof de verschillen in brandstofprijzen die dreigen te ontstaan met Duitsland en België. "Grote delen van Nederland gaan grenseffecten meemaken. Een pomphouder of winkelier in Winterswijk zag in het verleden dat mensen de ene keer naar Duitsland gingen en dan weer naar Nederland, omdat het daar op dat moment goedkoper was. Nu ligt de Duitse grens al iets voorbij Amersfoort. Vanaf daar is het goedkoper om naar Duitsland te rijden voor je benzine en sommige boodschappen."

Ondernemers "zien handel weglopen omdat het elders goedkoper is vanwege belastingen en accijnzen. Het gevolg is dat die winkels het niet volhouden". Dat leidt tot problemen met de samenhang in dorpen en steden, zegt Vonhof. Hij waarschuwt dat lokale ondernemers bijvoorbeeld geen geld meer hebben om de voetbalclub te steunen of om überhaupt de deuren te openen. "De brandstofkosten zijn een enorme aanjager daarin."

'Zorg voor gelijk speelveld'

Pas je prijs aan aan je buren, zegt Vonhof tegen politiek Den Haag. "Wij roepen op: zorg dat het speelveld voor burgers en ondernemers gelijk is. Het kan niet zo zijn dat we in het ene land, in hetzelfde Europa, dingen op een hele andere manier gaan beprijzen dan in het andere land. Daardoor ontstaan grenseffecten."

Om blijvende accijnsverlagingen mogelijk te maken, vindt Vonhof dat het demissionaire kabinet moet kijken naar de uitgaven. "We kunnen wel aan de inkomstenkant blijven duwen en trekken, maar we maken het al bijna onmogelijk voor ondernemers. Winstgevendheid onder ondernemers is dramatisch gedaald, marges staan onder druk, loonkosten, grondstofprijzen en verhuurkosten stijgen. Ik zeg: laten we eens nadenken over of we ons geld uitgeven aan de goede dingen."