Waarom zijn er zoveel zeemeeuwen in de randstad?

"Zeemeeuw is een benaming die we zelf geven, niet een soort." De welbekende zeemeeuw is "veel meer een stadsmeeuw", zegt De Jong. "Het klopt dat er al decennialang een verschuiving is van meeuwen die vooral langs de kust broeden", aldus de vogelonderzoeker. "Kleine mantelmeeuwen en zilvermeeuwen gaan naar het binnenland en de laatste paar jaar zien we dat ze op steeds meer plekken, voornamelijk langs het stedelijke gebied, op daken broeden."

Dakmeeuwen

Wat je dus in de stad ziet is veelal een mantelmeeuw. "Een mantelmeeuw is donkergrijs van boven, een grote vogel met een witte kop, gele pootjes, gele snavel." De Jong heeft samen met een aantal vrijwilligers de daken in Utrecht geteld waarop de mantelmeeuwen broeden. "We komen op bijna 200 paartjes uit", zegt de vogelonderzoeker.

Urbanisatie

Maar waarom zijn de meeuwen naar de stad vertrokken? "Er zijn meerdere ontwikkelingen", aldus De Jong. "Op zee is de laatste 14 jaar veel minder voedsel te vinden, omdat vis niet meer overboord gegooid mag worden. Die vogels gaan veel meer naar het binnenland om op zoek te gaan naar voedsel. En de vos is verschenen in de duinen, waar grote kolonies zaten. Dus die meeuwen zijn zich gaan verplaatsen en zijn op veilige plekken op het dak gaan zitten. Je kunt als meeuw in de stad ook veel voedsel vinden."

Grote afname

De meeuwentrek naar de stad doet het lijken alsof de soort floreert, maar het aantal meeuwen in Nederland neemt juist af. "We zien steeds meer meeuwen als we in het stedelijk gebied wonen, maar langs de kust in de grote kolonies in de duinen zie we een grote afname. Die brengen minder kuikens groot. Maar als je vlak bij de patatkraam zit, kun je misschien wel twee of drie kuikens grootbrengen", vertelt De Jong.

Bestrijding

Het zouden er binnenkort ook nog minder kunnen worden. Volgens De Jong neemt de overlast in steden toe en worden er "ontheffingen" gegeven om meeuwen te bestrijden. De vogelliefhebber heeft nog een tip om te voorkomen dat je overlast ervaart van de meeuw: "Als je te dicht bij het dak komt waar ze broeden, worden ze luidruchtig." Uit de buurt blijven, dus.