Binnenland
KRO-NCRV

'Commissie Van Rijn had eerst persoonsgericht onderzoek moeten doen'

foto: ANP
  1. Nieuwschevron right
  2. 'Commissie Van Rijn had eerst persoonsgericht onderzoek moeten doen'

Hoewel het een "heel belangrijk onderzoek" is wat de commissie Van Rijn heeft uitgevoerd, zet Marjan Olfers vraagtekens bij hoe het onderzoek zijn uitwerking kent. "Vooral omdat de commissie volhoudt dat dit niet een persoonsgericht onderzoek is", zegt de hoogleraar Sport en Recht van de Vrije Universiteit van Amsterdam bij Spraakmakers.

"Er zijn heel veel melders geweest en er is iets grondig mis. Dus dat is een heel belangrijke", begint Olfers. "Aan de andere kant moet je heel erg opletten op wat voor type onderzoek je doet." Daarbij refereert Olfers naar het onderzoeksprotocol van Van Rijn. "Als je het rapport goed leest, zie je ook dat bepaalde personen weliswaar niet bij naam genoemd worden. Maar als je het hebt over bepaalde functies binnen bepaalde programma’s, weet je over wie het gaat."

'Volstrekt niet herleidbaar'

En dat is kwalijk, zegt Olfers. "Dan weet iedereen wie dat is en dan is het dus wel herleidbaar." Bovendien duiken mensen en media vervolgens op die personen. "Wat je nu ziet, is dat de discussie vooral gaat over wie wat op welke manier heeft gedaan." Bij cultuuronderzoek is het de regel dat het geanonimiseerd gebeurd en "volstrekt niet herleidbaar" is naar personen. "Het doel is niet om de waarheid te vinden, maar om te kijken wat er allemaal leeft en kan je daar onderliggende patronen detecteren."

Wat er nu gebeurt, is particulier onderzoek en dan gaat het over aantijgingen. "Dan moet die persoon zich ook kunnen verweren, omdat het dan mogelijk disciplinaire of andere gevolgen kan hebben", legt Olfers uit. "Je moet echt privacy borgen en heel goed aandacht besteden aan hoor en wederhoor. Dat is een volstrekt ander onderzoek, want het kan niet zo zijn dat iedereen maar aantijgingen doet jegens iemand."

Patronen herkennen

Volgens Olfers had er beter gelet moeten worden op de vraagstelling, de onderzoeksopzet, de verantwoording, de inrichting van de rapportage en de verwachtingen van de melders. "Als je zegt de ervaringen en belevenissen van melders op te halen om patronen te herkennen, is dat het doel van het onderzoek. Dan mag het doel of de consequentie niet een disciplinair karakter krijgen. Daar moeten we echt voor waken, dat er voldoende hoor en wederhoor is, dat je van tevoren weet wat de aantijgingen zijn, dat je je daar voldoende tegen kunt weren."

Logisch gevolg

Hoe het onderzoek nu naar buiten is gekomen, heeft er volgens Olfers toe geleid dat "de aangewezen personen zich genoodzaakt voelen om weer te reageren en bijvoorbeeld te zeggen dat het helemaal niet is gebeurd." Olfers noemt dit een "logisch" gevolg. "Maar dat doet ook weer geweld aan de melder die zegt dat dit heeft plaatsgevonden. Daarom is waarheidsvinding heel belangrijk, zowel voor de melder als voor de beschuldigde."

"Welk onderzoek is hier nu op zijn plaats?" vraagt Olfers zich dus af. Volgens de hoogleraar had Van Rijn het andersom moeten aanpakken; eerst persoonsgericht onderzoek en daar kijken naar de bredere cultuur. Daarnaast zou er gekeken moeten worden naar de reden waarom bepaalde mensen géén melding doen en de onderliggende patronen daarvan.

Type leiders

Toch is Olfers positief over het rapport van Van Rijn. "Er zijn een aantal heel belangrijke handvatten die dat rapport adviseren. Alleen al het feit dat we het er zo breed over hebben, de aanspreekcultuur, het leiderschap. Maar de vraag is voor iedere omroep op dit moment: wat voor type leiders wil je hebben? En komen die met bepaalde karaktereigenschappen niet naar boven in het bolwerk? En hoe ga je daar dan mee om? Maak het voor de melders ook makkelijk. Durven zij zich nu uit te spreken?"

KRO-NCRV
Bij KRO-NCRV geloven we dat de samenleving rechtvaardiger, eerlijker, groener en liever kan.
Maak morgen mee, KRO-NCRV.

Ster advertentie
Ster advertentie