Abortus geen taboe meer op site Duitse arts

Volgens de 'nazi-paragraaf', zoals paragraaf 219a ook wordt genoemd omdat hij in de jaren dertig door de nazi's werd ingevoerd, mogen abortussen niet gepromoot worden. In de huidige tijd betekent dit dat artsen die abortus uitvoeren dit niet op hun website mogen vermelden. “Dat zou abortussen normaliseren en commercialiseren en dat vinden tegenstanders gevaarlijk”, zegt Marja Verburg van het Duitsland Instituut in Bureau Buitenland.

De twee regeringspartijen hebben nu na lang beraad besloten dat artsen en ziekenhuizen wel op hun website mogen vermelden dat ze abortussen uitvoeren, maar ze moeten daarbij wel naar websites van neutrale organisaties verwijzen. Daarnaast komt er een lijst met daarop alle artsen en ziekenhuizen die abortussen uitvoeren. Het compromis volgt op een landelijk protest van artsen tegen de huidige abortuswetgeving van afgelopen zaterdag.

Verboden, tenzij...

In tegenstelling tot in Nederland, zijn abortussen in Duitsland verboden tenzij er aan bepaalde voorwaarden wordt voldaan. Ook is de periode waarin een vrouw abortus mag laten uitvoeren korter dan in Nederland.

De protesten begonnen in 2017 toen de arts Kristina Hänel een boete kreeg omdat ze op haar website had vermeld dat ze abortussen uitvoert. “Ze moest 6.000 euro betalen en daar is ze steeds feller en bozer van geworden”, vertelt Verburg.

Bedreigingen

Hänel krijgt vaak bedreigingen, net als veel andere artsen. “Per mail of telefoon en soms staan er zelfs mensen voor mijn praktijk”, vertelt de arts. Steeds minder Duitse artsen komen er dan ook openlijk voor uit dat ze abortus uitvoeren, waardoor sommige vrouwen soms wel 200 kilometer moeten rijden voor een abortus. “Als ze er al achter kunnen komen wie dat doet”, vertelt Verburg.

Verburg denkt dat het compromis niet voldoet: "De artsen blijven protesteren totdat die hele paragraaf uit de wet wordt geschrapt. Nu mogen ze namelijk nog steeds geen verdere informatie plaatsen op hun website, terwijl artsen vinden dat zij juist neutraal advies kunnen geven."

Het wetsvoorstel wordt op dit moment besproken met de deelstaten en betrokken organisaties en op 6 februari ingediend.