Jannetje Koelewijn: 'Mijn moeder is altijd een raadsel gebleven'
- Nieuws
- Jannetje Koelewijn: 'Mijn moeder is altijd een raadsel gebleven'
Het nieuwe boek van NRC-journalist Jannetje Koelewijn, Fresia's voor mevrouw Brak vertelt over de laatste jaren van haar ouders. "Wat me het meest bleef fascineren, is dat mensen zo gevormd worden door hun verleden, door hun nest", vertelt de schrijver in Kunststof.
Video niet beschikbaar
Een verslag van de laatste levensjaren
De ouders van Jannetje Koelewijn zijn op sterven na dood als ze hun intrek nemen in een verzorgingshuis bij haar om de hoek. Maar daar bloeien ze weer op en zes jaar lang ziet ze hen bijna dagelijks. Het boek is een verslag van de laatste levensjaren van de ouders van Jannetje, die van elkaar scheiden na een moeizaam en ellendig huwelijk, maar in het verzorgingshuis elkaar toch weer vinden.
Er iets niets bijzonders aan deze familiegeschiedenis hoor. Ik heb nooit gedacht, oh wij zijn zo bijzonder.
Gaat er achter de tragedie van hun mislukte huwelijk een liefdesgeschiedenis schuil? Waarom floreerde de een zo bij het gereformeerde geloof en werd de ander erdoor verpletterd? Ze beschrijft twee levens: van haar vader die als potentaat over zijn gezin regeerde en van haar moeder die is vergeten dat ze was gescheiden.
Twee levens
"Hem interviewen was een manier om de relatie vorm te geven", vertelt Jannetje over de relatie met haar vader. "Ik heb nog nooit zoveel gepraat met mijn vader als in die laatste tien jaar. Daarvoor helemaal nooit, echt helemaal nooit. En de laatste tien jaar enorm veel." In haar jonge jaren had ze nauwelijks een band met haar vader. "Ik was er erg goed in om de afstand tussen hem en mij maximaal groot te houden."
"Ik was dan weer het lievelingetje van mijn moeder." Het verklaart waarom Jannetje het mildst is van alle kinderen over haar moeder. Door een moeilijke jeugd worstelde haar moeder met het leven. "Mijn moeder is altijd een raadsel gebleven. Ze liet het absoluut afweten. Door altijd stil te zijn, eigenlijk altijd passief. Als ik eraan terugdenk zie ik haar altijd stil aan tafel zitten, met een beetje een bozig gezicht." Wat er met haar aan de hand is geweest hebben de kinderen nooit helemaal begrepen.
"Een moeder die weg ebt, die wegtrekt, die weg is, dat blijft een soort gat. Hield ze eigenlijk wel van mij? Ik durf wel te zeggen dat ik van mijn moeder heb gehouden. Zeker als kind. Ik vond haar ontzettend lief. Ze was niet in staat om contact te krijgen met haar kinderen. Dat is natuurlijk tragisch."
Vader als romanfiguur
"Ik was niet boos op mijn ouders, dat was al lang gepasseerd, je wordt milder als je ouder wordt. En met boosheid kun je ook geen boek schrijven, dat wordt niets. Wat me het meest bleef fascineren is dat mensen zo gevormd worden door hun verleden, door hun nest, door bijvoorbeeld de armoede die mijn moeder heeft meegemaakt."
Hij was helemaal geen pap voor mij; geen papa, geen pap. Hij was vader en U.
"Hield ik van mijn vader, dat is een vraag die ik me vaak stel. Veel mensen zeggen je moet wel heel erg van hem gehouden hebben. Ik weet het niet zeker. Ik keek echt met grote afstand naar hem. Dat ademt het boek ook. Om me uiteindelijk onkwetsbaar te houden, uit zelfbescherming. Dat vind ik ook helemaal niet erg. Het is een prima manier om ermee om te gaan. Het enorme kijken naar hem, dat maakte dat hij voor mij eigenlijk een romanfiguur werd."