'De Klassieker wordt een makkie voor Feyenoord, er zit veel meer energie in de ploeg'

Met de 2-0-zege op FC Utrecht, de verrassende nummer twee van de eredivisie, heeft Feyenoord de gewenste afsluiter van een positieve week te pakken. De ploeg van trainer Brian Priske gaf het dominante voetbal dat het tijdens het Champions League-treffen met Benfica had laten zien, een passend vervolg en liet FC Utrecht weinig in het spel voorkomen.

Feyenoord kan zich daarmee met een goed gevoel richten op de Klassieker tegen Ajax van woensdagavond. "Dat wordt een makkie", denkt de aangeschoven studio-analist Gertjan Verbeek. "Er zit zo veel energie in Feyenoord. Als je Ajax ziet voetballen, denk je: die hebben er helemaal geen zin in."

Laagste in 7,5 jaar

Utrecht-trainer Ron Jans noemde de zege van Feyenoord terecht. "Soms moet je erkennen dat de tegenstander gewoon beter is", aldus de oefenmeester. De statistieken bevestigen dat, zegt data-analist Bart Frouws. "FC Utrecht heeft amper iets gecreëerd: vier schoten in totaal. Dat is het laatste aantal in eigen huis in ruim 7,5 jaar", schetst hij. "Ze kwamen niet aan voetallen toe, zeker niet op de helft van Feyenoord. Bijna de helft van de passes die ze op de helft van de tegenstander verstuurden, ging de mist in. Dan is het niet gek dat je niet op de plek komt waar je graag wil zijn om te kunnen schieten."

Hoewel de nederlaag tegen Feyenoord pas de eerste verliespartij van het seizoen is voor Utrecht, waren ze ook in de andere wedstrijden niet bepaald dominant. Duels wint de ploeg over het algemeen met één doelpunt verschil, ook drie weken geleden tegen het laaggeplaatste RKC Waalwijk (3-2 zege) bijvoorbeeld.

"In al die wedstrijden creëerden ze ook niet zo gek veel", vervolgt Frouws. Hij neemt de uitwedstrijd tegen AZ als voorbeeld. In Alkmaar won het met eind september met 2-1. "AZ had de betere kansen en veel meer recht op de overwinning, maar toch trok FC Utrecht de overwinning over de streep."

Gewend aan veranderingen

Voor Feyenoord is de zege een bevestiging dat het de laatste weken inderdaad beter gaat dan eerder in het seizoen. Verbeek heeft de indruk dat de Deense coach, die deze zomer de naar Liverpool vertrokken Arne Slot opvolgde, na de moeizame start langzaamaan zijn krediet begint te verdienen. "Ze hebben de trainer en de manier waarop hij wil spelen, omarmd. Mensen hebben moeite met verandering, en dat is bij Feyenoord ook zo. Ze zijn nu gewend aan de veranderingen die hij heeft doorgevoerd en dan zie je dat de successen toenemen."

Verbeek roemt vooral het aanpassingsvermogen van de 47-jarige coach, die inzag dat enkele van zijn innovaties niet in goede smaak vielen. De 'huddle' bijvoorbeeld, waarbij spelers na afloop van een wedstrijd - ongeacht de uitslag - in een cirkel een groepsbespreking hielden. "Ik vind het heel sterk van hem dat hij op het moment dat iets niet aanslaat, dat erkent en verandert. Het past nu steeds beter in elkaar."

Individuele klasse

Priske - en Feyenoord in het algemeen - worden daarbij geholpen door individuele klasse. Twee spelers in het bijzonder: Hugo Bueno en aanvoerder Quinten Timber. "Bueno doet het hartstikke goed", zegt Frouws. "Als je kijkt naar wat hij als linksbuiten in aanvallende zin brengt: hij heeft drie assists gegeven in vijf eredivisiewedstrijden. De laatste verdediger die zo goed begon als aangever, was Tim de Cler in 2007. Het is even geleden dat een verdediger in aanvallend opzicht zo uit de startblokken is gekomen."

Timber valt vooral op vanwege zijn afstandsschoten. "Dat begint zijn specialiteit te worden", zegt Frouws. "Sinds de start van vorig jaar maakte hij negen doelpunten, waarvan vijf vanaf buiten het strafschopgebied. Dat is samen met Camil Neghli (die bij Sparta Rotterdam speelt, red.) het hoogste aantal in de eredivisie in die periode."