‘Nederland heeft eigenlijk geen regels rondom partijfinanciering’
- Nieuws
- ‘Nederland heeft eigenlijk geen regels rondom partijfinanciering’
Na een bizarre lijsttrekkersverkiezing, een verkiezingsnederlaag, Omtzigt-gate, de mondkapjes-cowboy Sywert van Lienden was het nog steeds niet genoeg voor het CDA. Er komt nog meer uit de hoge hoed: de partij kreeg maar liefst 1,2 miljoen van een ondernemer. Een extraatje, voor de verkiezingscampagne. Mag dat allemaal zomaar? En hoe normaal is dat? Politiek redacteur van De Nieuws BV Anna Pleijsier, dook in dit vraagstuk.
Video niet beschikbaar
“Het is een hoog bedrag, al helemaal voor Nederlandse begrippen”, zegt Anna Pleijsier. Een saillant detail is dat de donateur, ondernemer Hans van der Wind, niet bepaald iemand is met afstand tot de politiek. Sterker nog: hij is voorzitter van de commissie fondsenwerving, dus zat ook in het campagneteam. “Maar dat een partij grote donaties krijgt is niet uniek, ook andere partijen krijgen weleens fikse geldbedragen”, zegt Pleijsier. Zo kregen D66 en Partij voor de Dieren ook een flinke donatie. Pleijsier: “Die donateur wilde geen directe invloed uitoefenen zei hij zelf, maar hij wilde wel 'een vooruitstrevend milieubeleid'.”
Los van grote donaties, hebben andere partijen ook nog wel eens creatieve manieren bedacht om geld, bijvoorbeeld voor de campagne, te verkrijgen. Onze collega Joost Bekendam ontdekte laatst dat de VVD een beleggingsfonds heeft met daarin 4 miljoen aan aandelen. Voor de verkiezingen werd daar 4 ton uitgehaald. Pleijsier: "Dat beleggingsfonds mag, en ook de hoge donaties, er is geen donatieplafond." Een donatie boven de 4.500 euro mag niet anoniem, maar daaronder wel.
Businessclubs van politieke partijen
Daar komt nog een bron van inkomsten bij. “Veel partijen hebben een soort 'exclusieve' clubs waar je bij mag horen als je een bedrag neerlegt”, aldus Pleijsier. Zo heb je bij Volt de Spinoza Circle. Daar mag je bijhoren als je minimaal €5.000 doneert of €1.000 per jaar over een periode van 5 jaar. Bij de VVD heb je de Club van 100, in verschillende steden. Op de website van de Club van 100 van de VVD in Amsterdam staat dat je voor 1.000 euro per jaar lid kan worden. Ook het CDA heeft een businessclub, volgens Follow The Money kan je daar lid van worden voor 1.500 euro per jaar. Pleijsier: “Mensen geven grof geld om bij deze clubs te horen, en in ruil daarvoor kunnen ze hangen met de partijprominenten.”
“Je kan het zien als dat je invloed inkoopt, want niet iedereen heeft zoveel geld te besteden en kan zo ook geen plekje krijgen naast een bewindspersoon, maar het is een glijdende schaal: nogmaals, het mag allemaal gewoon”, legt Pleijsier uit. "We hebben het hier natuurlijk over integriteit", gaat Pleijsier verder, “het lastige bij integriteit en politici, of het nu gaat om MeToo-gevallen, giften of nevenfuncties, het aanpakken ervan is meteen super politiek. Het beschadigt partijen en mensen. En als het over gekozen volksvertegenwoordigers gaat, dan hebben die eigenlijk formeel geen baas. Dat is de kiezer. Dus wanneer mág je die aanpakken?”
Dat bespreken Patrick Lodiers en Anna Pleijsier met André Krouwel, politicoloog die onderzoek doet naar partijfinanciering. Hij zou het graag anders zien: “We willen iedereen op verkiezingsdag even machtig laten zijn. Iedereen krijgt één stem.” Als je ergens wél bij mag zijn omdat je veel geld hebt, is dat niet eerlijk: “Bijstandsmoeders met drie kinderen die heel hard moeten ploeteren voor weinig geld, kunnen niet naar een luxe diner voor een paar duizend euro”, zegt Krouwel.
Geen regels
Krouwel vindt Nederland het wilde westen van de partijfinanciering: “We hebben hier eigenlijk geen regels. Dus als Hoekstra zegt: ‘we hebben ons aan de regels gehouden’, ja dat is nogal makkelijk, want eigenlijk alles mag. Je mag buitenlandse giften ontvangen. Er zit geen limiet op giften, je kan giften geven op een andere manier. Bijvoorbeeld door zaaltjes huren, bussen kopen of eten op diners verzorgen.” En als mensen het indirect geven weten we eigenlijk niet wie onze politici betalen. “Zij worden niet betaald door de bevolking maar door grote geldschieters”, aldus Krouwel.
Bijzondere status
Maar hoe lossen we dat op? Volgens Krouwel moeten politieke partijen een andere status krijgen. “Politieke partijen hebben een bijzondere status in de democratie”, zegt Krouwel. “Dat zijn niet zomaar verenigingen of stichtingen. In andere landen zoals Duitsland, Oostenrijk en Zweden hebben ze dat erkent, daar hebben partijen een andere status.”
Corrupt?
Om Nederlandse politici corrupt te noemen, gaat misschien ver. “Maar”, zegt Krouwel, “Als ik nu het CDA bel, krijg ik echt niet zoveel tijd en aandacht als Hans van der Wind die meer dan een miljoen doneerde.”