Het fenomeen 'bullshit-banen' en hoe we er van afkomen
- Nieuws
- Het fenomeen 'bullshit-banen' en hoe we er van afkomen
Bullshit jobs. Daar is een fiks debat over uitgebroken naar aanleiding van het boek van de Amerikaanse antropoloog David Graeber. Hij toont aan dat veel werknemers hun banen nutteloos vinden. Ook dichterbij huis wordt er onderzoek naar gedaan. Één van die onderzoekers, Robert Dur, vertelt erover bij Spraakmakers.
Video niet beschikbaar
Bullshit-banen
Spraakmaker Rutger Bregman: "Het begon in 2013 met een vrij briljant essay van David Graeber over het fenomeen bullshit-banen." Het gaat hier om een zelfdefinitie, legt Bregman uit. "Dus dat mensen over hun eigen baan zeggen dat ze niks toevoegen aan de maatschappij."
Volgens Graeber is dat type banen, zoals consultants, bankiers, advocaten en telemarketeers, de laatste jaren enorm toegenomen. Hij suggereert dat het om 30-40% van de banen gaat. Dus: "We zijn misschien rijker geworden, maar eigenlijk hebben we een enorme klasse van mensen met nutteloze banen", zegt Bregman. "En sterker nog: dat zeggen ze zelf."
25% van de mensen vindt hun baan nutteloos
Robert Dur van de Erasmus Universiteit en Max van Lent van Universiteit Leiden hebben ook onderzoek gedaan. In meer dan veertig landen namen zij enquêtes af en stelden de vraag: vind jij je baan nuttig?
"Uit de analyse blijkt dat 8% van de mensen vindt dat hij of zij in zijn baan geen bijdrage levert aan de maatschappij", vertelt Robert Dur. "Daarnaast is er nog eens 17% die erover twijfelt." Dat betekent dat een kwart van de mensen de banen die ze doen nutteloos vinden. Dur: "Dat is minder dan de cijfers van Graeber, maar blijft een substantieel aandeel."
De remedie: een grotere overheid?
Een groot deel van die 25% bestaat uit werknemers in de marketing, sales, PR en de financiële sector. Bregman: "Het klassieke beeld is dat de bullshit jobs vooral bij de overheid zitten, die almaar groeit met nutteloze bureaucraten. Maar dat blijkt niet zo te zijn." De remedie om mensen meer nuttig werk te laten doen? "Een lekkere, grotere overheid", aldus Bregman.
Dur zet daar een kanttekening bij. "Dit geldt niet voor alle banen bij de overheid. Vooral onder verpleegkundigen, brandweerlieden en onderwijzers zien we dat werkelijk 0% zegt dat hun baan onzin is. Maar bij ambtenaren en in het leger zie je weer percentages die dichter bij het gemiddelde liggen. Daar zitten dus ook mensen die hun baan nutteloos vinden."
Salaris moet corresponderen met maatschappelijk nut
Bregman heeft nog een andere oplossing voor ogen. Samen met Jesse Frederik schreef hij een boek met de intrigerende titel Waarom vuilnismannen meer verdienen dan bankiers. Bregman: "De meeste mensen vinden dat ze betaald moeten worden voor wat ze bijdragen. Maar we hebben een gigantische beroepsgroep die relatief vaak zegt over de eigen baan dat het zinloos is."
"Waarom betalen we die zoveel?" vraagt hij zich af. "We hebben net een financiële crisis gehad en er is massale schade aangericht. Moeten we niet naar een economie gaan waar de salarissen beter corresponderen met wat je daadwerkelijk bijdraagt?"
Maatschappelijk kwaad
Toch is het lastig om het maatschappelijk nut op een algemene schaal vast te stellen. Volgens Robert Dur zijn er wel onderzoekers geweest die dat hebben geprobeerd, maar geven ze allemaal aan dat er nog veel meer onderzoek nodig is. "Één van de voorstellen die is gedaan, is dat de overheid bij de vormgeving van de belastingen meer moet kijken naar het maatschappelijk nut dat mensen in bepaalde beroepen doen. En zelfs het maatschappelijk kwaad dat mensen aanrichten."
"Dan zou je het belastingsysteem zo kunnen maken dat mensen met nuttige banen minder belast worden dan mensen met banen die kwaad doen voor de maatschappij", vervolgt Dur. Maar eenvoudig is dat niet. "Het onderzoek staat nog in de kinderschoenen. En het meten van wat mensen zelf denken over hun baan is veel eenvoudiger dan het vaststellen wat ze daadwerkelijk bijdragen met hun baan. Volgens Graeber is dat zelfs onmogelijk."